Op veel percelen is aantasting door bladinsecten waar te nemen. Alleen bij overschrijding van de schadedrempels van bladluizen en bietenvliegen is het zinvol om in te grijpen. Alle andere insecten veroorzaken vreterij aan de bladeren, zonder opbrengstderving. Dit leidt zelden tot financiële schade, omdat de suikerbiet een groot compenserend vermogen heeft. In dit bericht leest u meer over de herkenning van insecten en het advies om terughoudend te zijn met het gebruik van pyrethroïden.
Insecten herkennen
Bietenkevers, bovengrondse springstaarten, aardvlooien, schildpadtorretjes, tripsen, bietenvliegen, zwarte bonenluizen en groene perzikluizen kunnen in het jonge plantstadium allemaal zorgen voor vreterij of zuigschade aan de bladeren en zijn ook al allemaal gesignaleerd in bietenpercelen. Om te bepalen of ingrijpen nodig is, is het belangrijk te bepalen welke soorten aanwezig zijn. De ‘Insectenwijzer’ en de applicatie ‘Ziekten en plagen’ helpen bij de herkenning.
Wees terughoudend met pyrethroïden
In het kiemblad- tot tweebladstadium leidt een aantasting waarbij 30 tot 60 procent van het blad beschadigd is tot een 3 à 4 procent lagere suikeropbrengst. Bladinsecten veroorzaken echter zelden een dergelijke grote aantasting. Door een beetje aantasting te accepteren van deze insecten en terughoudend te zijn met de inzet van pyrethroïden, worden de natuurlijke vijanden gespaard, die de beheersing van de groene perzikluis makkelijker maken. Een aangetast gewas kan wel iets gevoeliger zijn voor herbiciden, daardoor is het bij zeer zware aantasting door insecten soms verstandig om een minder zware combinatie van herbiciden te gebruiken.
Meer informatie
In de Teelthandleiding ‘Insecten’ en de video ‘Herkenning bovengrondse insecten’ vindt u meer informatie over deze bladinsecten. Over de schadedrempels van bietenvliegen en bladluizen leest u meer in de berichten ‘Bietenvlieg: eiafzet en mineergangen’ en ‘Eerste bladluizen gesignaleerd op vroeggezaaide percelen’.
Bron: IRS