De Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) heeft bij importinspecties van planten en plantaardige producten uit landen buiten de Europese Unie in 2014 beduidend minder quarantaineorganismen aangetroffen. Dat staat in het rapport ‘Fytosanitaire signaleringen 2014’ van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA).
Ongewenste gasten
Quarantaineorganismen zijn voor planten schadelijke organismen die van nature niet in Nederland en niet in de EU voorkomen. Met importcontroles en bestrijdingsacties wil de NVWA voorkomen dat deze schadelijke planten, dieren, bacteriën en virussen zich in Nederland en andere landen van de Europese Unie vestigen. De organismen vormen geen enkele bedreiging voor de volksgezondheid.
Afname
Jaarlijks worden in Nederland circa 350.000 zendingen groenten, fruit, aardappelen, bloemen, planten en zaden aangeboden voor importinspectie. In 2013 trof de NVWA bij inspecties 438 schadelijke organismen aan, in 2014 waren dit er 370. Onder andere het aantal vondsten van Spodoptera littoralis, een nachtvlinder uit Afrika en Azië die teelt van groenten, fruit en bloemen grote schade kan toebrengen, is gehalveerd.
De daling van het aantal vondsten laat zien dat strenge importcontroles en het op Europese schaal uitwisselen van informatie over vondsten zijn vruchten afwerpt. Landen en bedrijven scherpen hun procedures en garantiesystemen aan om te kunnen blijven importeren in Nederland en de EU.
Naast de importcontroles voert de NVWA ook surveys uit in de teelt van een groot aantal gewassen en in de openbare ruimte om ziekten en plagen zoals ringrot in de aardappelteelt en de Aziatische boktor in de groene ruimte, vroegtijdig op te sporen en uit te roeien. In 2014 is geen ringrot en geen bruinrot aangetroffen. Het aantal vondsten van Meloidogyne chitwoodi, Meloidogyne fallax en Ditylenchus is wel gestegen.
foto: Hans Splinter
Meer informatie
NVWA
W.: www.nvwa.nl