In 2015 koos de Rijksoverheid voor Integrated Pest Management (IPM) voor de bestrijding van ratten en muizen. Het doel van IPM is chemische middelen zo min mogelijk in te zetten door ratten- en muizenplagen zo veel mogelijk te voorkomen. Het is van belang om beleid en uitvoering van knaagdierbeheersing volgens IPM verder te ontwikkelen en te verbeteren.
IPM-beleid voor knaagdieren
Het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat heeft het RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu gevraagd knelpunten en mogelijke oplossingen te inventariseren om dit IPM-beleid voor knaagdieren zo goed mogelijk te laten werken. Het RIVM heeft de problematiek breed in beeld gebracht, door gebruik te maken van de kennis en ervaringen in het werkveld.
Ratten en muizen
Ratten en muizen kunnen gezondheidsproblemen, economische schade en overlast veroorzaken. Om deze problemen te voorkomen worden ratten en muizen zoveel mogelijk bestreden. Hierbij worden nog vaak chemische middelen gebruikt. Deze middelen zijn echter zeer giftig voor mensen, andere zoogdieren en vogels. Ook kunnen knaagdieren resistent worden tegen chemische middelen. Bij IPM wordt daarom eerst naar andere oplossingen gezocht. Rond 2023 wordt de IPM-aanpak verplicht voor de bestrijding van ratten en muizen binnen en buiten gebouwen, bij gebruik van bepaalde chemische middelen (anticoagulantia).
Een oplossing om overlast te voorkomen is dat huizen, gebouwen, bedrijven en de ruimte eromheen schoon blijven. Dan is er geen voedsel voor ratten en muizen. Voorlichting kan daarbij helpen, net als een goed afvalbeleid. Als preventieve maatregelen niet genoeg werken, kunnen bijvoorbeeld klapvallen worden ingezet. Pas daarna mogen de dieren worden bestreden met chemische middelen zoals anticoagulantia. Om anticoagulantia buiten te mogen gebruiken is een opleiding én een certificaat nodig.
Beheersen van knaagdierplagen
Bij het beheersen van knaagdierplagen zijn vier ministeries betrokken (IenW Infrastructuur en Waterstaat , LNV Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit , VWS Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en BZK Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties ). Ook hebben provincies en gemeenten een rol. Meer duidelijkheid is nodig wie de regie heeft over welke maatregel. In het RIVM-rapport staan oplossingen voor knelpunten gericht op verantwoordelijkheden en samenwerking, preventie en voorlichting, de praktische toepassing van IPM op locaties, de opleiding van plaagdierbeheersers, de wet- en regelgeving en monitoring en onderzoek. De resultaten van dit onderzoek worden aangeboden aan de Tweede Kamer.
Knelpunten voor agrarische bedrijven
Samenvatting van de genoemde knelpunten die agrarische bedrijven betreffen:
- De aanwezigheid van voedsel bemoeilijkt de beheersing van muizen- en rattenplagen.
- Bedrijven hebben onvoldoende aandacht voor knaagdierbeheersing en weinig kennis van IPM, vooral als er niet met voedsel wordt gewerkt.
- Onvoldoende aandacht voor een risico-inventarisatie als start van de IPM-aanpak.
- Onvoldoende aandacht voor preventieve maatregelen.
- In bepaalde gevallen (bijvoorbeeld bij open stallen en in de afvalverwerking) blijft inzet van rodenticiden waarschijnlijk onontkoombaar.
- Onduidelijkheid over verplichting opleiding en certificering.
- Agrarische bedrijven lijken zich niet te willen laten certificeren vanwege de kosten en omdat ze het belang er niet van inzien.
- Sommige sectoren binnen de agrarische sector hebben te maken met verschillende certificeringssystemen die verschillende eisen stellen aan knaagdierbeheersing.
- Bedrijven weten niet van elkaar of er sprake is van knaagdieroverlast.
Maatregelen voor agrariërs
Mogelijke maatregelen voor bedrijven/agrarische bedrijven:
- Huur als potentieel veel voedsel aanwezig is een professionele plaagdierbeheerser in en/of zorg voor IPM-deskundigheid binnen de agrarische sector.
- Zorg (minimaal) voor een risico-inventarisatie met betrekking tot knaagdieren.
- Zorg voor een actieve samenwerking met de plaagdierbeheerser. De opdrachtgever moet weten dat hij zelf ook een belangrijke rol heeft binnen de IPM-aanpak.
- Maak afspraken met de plaagdierbeheerser hoe om te gaan met de aanwezigheid van een besmettelijke dierziekte in de regio.
- Geef preventieve maatregelen veel aandacht en volg adviezen op.
- Denk bij bouw en inrichting na over preventie knaagdieren.
- Zorg voor aandacht van medewerkers voor melden knaagdieren.
- Informeer aangrenzende bedrijven en omwonenden bij een knaagdierprobleem. Mogelijke maatregelen voor verzekeraars en afnemers van agrarische producten:
- Stimuleer agrarische bedrijven om plaagdierbeheersing toe te passen volgens de principes van IPM.
- Zorg dat de eisen van kwaliteitssystemen binnen de sector afgestemd zijn met het IPM-beleid.