Dinsdagavond is in Swifterbant de startbijeenkomst gehouden van de Peenacademie Flevoland. Organisator Delphy mikt met deze kennisgroep op deelname van een dertigtal telers, vijftien gangbaar en vijftien biologisch. De opkomst van de startbijeenkomst doet vermoeden dat dit aantal gemakkelijk gehaald gaat worden. Niek Vedelaar (Delphy): “Dit geeft alvast aan dat het leeft.”
Doelstelling van de Peenacademie is het delen van kennis over de teelt van het gewas. Vedelaar: “We gaan geen schoolklasje naspelen waarbij we huiswerk gaan opgeven. Het is de bedoeling dat akkerbouwers zelf input leveren en dan gaan wij als Delphy daaraan kennisbijeenkomsten, excursies of praktijkproeven koppelen. Het doel bij alles is om van elkaar te leren. Dat is ook echt nodig om deze teelt rendabel te houden.”
Pootgoed- en graanacademie
Goed voorbeeld doet goed voorbeeld dachten de initiatiefnemers, naast Vedelaar (begeleider gangbare teelt) bestaande uit Delphy-onderzoeker Johan Wanders, Mark Versprille (begeleider biologisch teelt) en Ulko Stoll. “We spiegelen ons voor een deel inderdaad aan de pootaardappel- en graanacademie. Ook daar gaan de telers zelf met vraagstukken aan de slag en delen hun kennis hierover met elkaar. De eigen bijdrage – van 375 euro per jaar – ligt echter wel iets lager, om zodoende de drempel om deel te nemen ook iets te verlagen.”
Meerdere thema’s
De noodzaak van een academie ligt volgens Mark Versprille in de vele – soms gecompliceerde – teeltvraagstukken: “En dan hebben we het niet alleen over rugopbouw of gewasopkomst, maar ook over de aanpak van de peenvlieg, het verlagen van de emissies of een efficiëntere (mechanische) onkruidbestrijding. Er zijn vele thema’s denkbaar, maar zoals gezegd zullen we ons laten leiden door de vragen die bij de telers leven. Uiteraard gaan wij als Delphy zijnde wel kijken of wij aanvullende informatie kunnen verstrekken die de telers helpen bij het optimaliseren van de peenteelt.”
‘Natte winter’
Komend teeltjaar verwacht Versprille vooral veel aandacht voor de ‘natte winter’. “Dat betekent veel uitspoeling, mindere structuur en weinig overgebleven mineralen in de grond. Voor een aantal telers zal dat betekenen dat ze aanpassingen moeten doen aan de grondbewerking, de rugopbouw en wachten tot de bodemcondities goed zijn.“
Kennis uitwisselen
Versprille vervolgt: “Dit zouden zo maar enkele thema’s kunnen zijn, maar nogmaals de teler zal zelf met onderwerpen moeten komen. Dat spreekt ook veel meer aan, dan een paar keer per jaar in een zaaltje zitten en naar andermans verhaal te luisteren. Er zullen jaarlijks vier bijeenkomsten georganiseerd worden waar de telers hun eigen praktijkervaringen uitwisselen. Zodoende leren we met zijn allen van elkaar en wordt het ook zinvol om aan de peenacademie deel te nemen.”
Praktijkproeven
Net als bij de reeds bestaande academies zullen er door Delphy aan dit kennisplatform diverse praktijkproeven worden gekoppeld. Vedelaar: “Daar gaan we al dit seizoen mee van start en we willen het liefst nog voor het groeiseizoen met de proeven starten. De proeven worden voor een groot deel bij de telers zelf uitgezet en wellicht ook enkele op de proefbedrijven die bij ons zijn aangesloten. De doelstelling van de peenacademie is dat telers met en van elkaar leren, Delphy is daarbij ‘slechts’ proces ondersteund. Er liggen heel veel uitdagingen in zowel de gangbare en biologische teelt. We zijn dan ook erg blij met de grote opkomst tijdens deze startbijeenkomst en hebben ontzettend veel zin om te gaan beginnen.”