Medio november, de laatste gewassen zijn vaak nog niet eens geoogst of er moet al weer nagedacht zijn over de rassenkeuze voor komend jaar. Een informatierondje langs een aantal kweekbedrijven van landbouwzaden leert dat weerbaarheid en duurzaamheid steeds belangrijkere keuzecriteria voor de akkerbouwer worden.
Groeiseizoenen worden extremer en daar hoort een passend ras bij. Ook de ‘gedwongen’ beperktere inzet van meststoffen en gewasbeschermingsmiddelen vraagt rassen, die meer bieden dan alleen een hoge kilogramopbrengst. Welke trends en verschuivingen zijn er nog meer zichtbaar voor aankomend teeltjaar? We zetten het voor suikerbieten, zaaiuien, zomergerst en zomertarwe op een rijtje.
Veel onafhankelijk ras info beschikbaar voor gedegen keuze
Als het gaat om het kiezen van het juiste ras kun je gemakkelijk verzanden in de vele informatie die daarvoor beschikbaar is; brochures van kwekers, demoproeven in de praktijk, open dagen, en dergelijke. Om door de bomen het bos een beetje te zien is er in ieder geval de Aanbevelende Rassenlijst van de CSAR, een onafhankelijke stichting voor de beoordeling van nieuwe rassen van landbouwgewassen. Zij laten jaarlijks voor onder andere suikerbieten, zomertarwe en zomergerst onafhankelijk onderzoek doen of een nieuw ras zich kan meten of beter is dan de rassen die al in de handel zijn.
Per gewas is een overzicht van aanbevolen rassen gepubliceerd met hun individuele kwalitatieve en kwantitatieve eigenschappen. Voor zomergerst en zomertarwe is dit overzicht net beschikbaar gekomen, voor suikerbieten is dit eind november. Uien vallen buiten de scoop van de CSAR. Ook voor dit gewas is daarentegen jaarlijks een onafhankelijke rassenlijst beschikbaar uitgegeven door Uireka. Uireka is een Publiek Privaat Samenwerkingsverband waarin de gehele uienketen participeert en die onder andere onafhankelijk rassenonderzoek laat uitvoeren.
Zaaiuien
Niet geheel toevallig, maar óók de uientelers kijken terug op meerdere extreme teeltjaren. Net zoals de suikerbieten- en zomergraantelers zijn zij op zoek naar robuuste rassen. Deze moeten onder alle weersomstandigheden goed presteren als gaat om opbrengst en bewaarbaarheid. Zowel Kees Jacobs van Syngenta als Lennert van Arenthals van Seminis geven aan dat ook ziektetolerantie (bijvoorbeeld fusarium) een steeds belangrijker aspect wordt om rekening met te houden bij de rassenkeuze. Dit is bovendien versterkt door het steeds schraler wordende pakket gewasbeschermingsmiddelen. Mancozeb is zoals het er nu naar uitziet komend seizoen verdwenen als belangrijk basis fungicide; dit vergroot de roep naar valse meeldauw resistentie. Ook fusarium-resistentie heeft veel aandacht bij de kwekers
Om tegemoet te komen aan de wens een onafhankelijke keuze te kunnen maken voor weerbaarder en robuustere rassen worden deze aspecten tegenwoordig, en dat is nieuw, meegenomen binnen het Uireka rassenonderzoek. Zo is er onder andere naar de wortellengte en dikte van de waslaag gekeken om een indicatie te hebben hoe een ras in staat is de gevolgen van extreme groeiomstandigheden te ‘verteren’.
Extreem weer vergroot vraag naar geprimed zaad
De droogte van de afgelopen paar jaar heeft niet alleen invloed op de rassenkeuze, het heeft ook invloed op de manier waarop de teler het zaad wil krijgen. Er is voor komend voorjaar een substantiële vraag naar geprimed zaad, zaad dat is geprepareerd om sneller te kiemen. Door het wegvallen van de Mundial-coating zijn er toenemende problemen met uienvlieg, bonenvlieg en uienmineervlieg. Met geprimed zaad heb je een vlottere opkomst en start van de teelt, een uienplantje is sneller door zijn meest kwetsbare periode van opkomst en weggroei heen. Een andere ‘trend’ binnen de uienteelt is de verschuiving van de teelt van de klei- naar de zandgronden. Een zandgrond vraagt hardere rassen met een grotere huidvastheid.
Samenspel tussen teler en afnemer
Uiteindelijk is bij uien de rassenkeuze een samenspel tussen teler en afnemer. Wat gaat de afnemer met de uien doen; zijn ze voor de retail in Europa bestemd of zijn ze geëxporteerd naar Azië? Maar vooral wat kan en wil de teler? Wat is zijn teeltdoel en afzetperiode én wat zijn de eigenschappen van de grond waarop de uien geteeld gaan worden? Denk in dit kader aan vroegheid van bewerken, vochtvoorziening, nalevering van mineralen, onkruidenrijkdom, en dergelijke.
Voor allen die nog niet besteld hebben, wordt het gewoon bestellen of toch nog even puzzelen?
Suikerbieten en zaaiuien
Dit is het derde deel over de rassenkeuze van zaaiuien. Lees hier deel één over de rassenkeuze van suikerbieten en lees hier deel twee over de rassenkeuze van zomergerst en zomertarwe.
Tekst: Kaj Poldermeer Tekstproducties
Beeld: Martin de Vries