De eerste percelen met vroegruimende gewassen zijn geoogst. Tijd dus om groenbemesters te gaan zaaien. Het is belangrijk de juiste groenbemester te kiezen voorafgaand aan de bietenteelt.
De juiste groenbemester levert een waardevolle bijdrage aan de reductie van ziekten en plagen in de bodem. Dit kan zijn in de reductie van het aantal aaltjes in de bodem, maar ook de beheersing van bodeminsecten en bodemschimmels.
Groenbemester kiezen
De keuze van de juiste groenbemester moet dus worden afgestemd op de ziekten en plagen die voorkomen in de bodem. Er zijn verschillende groenbemesters beschikbaar die een resistentie hebben tegen bietencysteaaltjes. Groenbemesters, zoals resistente bladrammenas of gele mosterd, kunnen zorgen voor een sterke reductie van het aantal bietencysteaaltjes en wortelknobbelaaltjes (alleen bladrammenas). Bovendien hebben bladrammenas en gele mosterd een positief effect op de reductie van wortelrot veroorzaakt door rhizoctonia. Echter, de genoemde groenbemesters kunnen ook een negatief effect hebben. Zo dragen bladrammenas en gele mosterd bijvoorbeeld bij aan de vermeerdering van wortellesieaaltjes en verticillium. Om erachter te komen welke aaltjes zich in de bodem bevinden kan het beste een grondmonster worden genomen.
Bodemplagen
In de onderstaande tabel een overzicht van de geadviseerde groenbemesters afhankelijk van de bodemplagen die op het perceel aanwezig zijn.
Plaag | Advies |
Slakken | Gele mosterd, Facelia |
Emelten | Bladrammenas, Gele mosterd |
Ritnaalden | Bladrammenas, Gele mosterd |
Ondergrondse springstaarten, wortelduizend- en miljoenenpoten* | * Afhankelijk van organische stof |
Stengelaaltjes | Italiaans- of Engels raaigras, braak |
Wortellesieaaltjes | Japanse haver, Engels raaigras |
Bietencystenaaltjes | resistente bladrammenas, Engels raaigras |
Maïswortelknobbelaaltjes | Multiresistente bladrammenas, Engels raaigras |
Bietencysteaaltjes en Maiswortelknobbelaaltjes | Multiresistente bladrammenas, Engels raaigras |
Mengsel van verschillende aaltjessoorten | Braak |
Rhizoctionia | Bladrammenas, Gele mosterd |
Verticillum | Grasachtigen |
Vroege zaai
Bij vroege zaai is het effect van groenbemesters het grootst, omdat dit leidt tot een grotere massa van blad en wortels en hierdoor meer organische stof is geproduceerd. Wanneer een aaltjesresistente groenbemester is gezaaid, zal de reductie van aaltjes ook het grootst zijn bij een zo vroeg mogelijke zaai.
Mengsels
Let op bij het toepassen van groenbemestermengsels. In deze mengsels zitten meerdere soorten gewassen, waardoor er een kans is dat een van deze soorten een goede waardplant is voor bepaalde aaltjes, bodemplagen of bodemschimmels. Kijk vooraf welke soorten in het mengsel zitten en controleer of een van deze soorten een waardplant is voor een aanwezige bodemplaag. Mocht dit niet het geval zijn, dan kan uiteraard een mengsel worden gezaaid.
Opbrengst
Het zaaien van groenbemesters voorafgaand aan de bietenteelt kan niet alleen bijdragen aan de onderdrukking van ziekten en plagen, maar ook zorgen voor een hogere opbrengst. Op proefvelden met verschillende groenbemesters en groenbemestermengsels was de opbrengst van de bieten tot wel 16 procent hoger vergeleken met zwarte braak.
In de teelthandleiding van IRS is ook meer te lezen over de teelt van groenbemesters en de effecten van groenbemesters op de ziekten en plagen die voorkomen in suikerbieten.
Bron: IRS