In 2024 telen Nederlandse akkerbouwers op ruim 97 duizend hectare tarwe. Dit is 25 procent minder dan een jaar eerder. Het is voor het eerst sinds 1957 dat het areaal tarwe kleiner is dan 100 duizend hectare.
De totale oppervlakte akkerbouw is vergeleken met 2023 met twee procent afgenomen tot 535 duizend hectare. De oppervlakte uien, suikerbieten en vezelgewassen nam toe. Dit blijkt uit de voorlopige uitkomsten van de landbouwtelling 2024 van het CBS.
Natte weersomstandigheden
Onder andere vanwege de natte weersomstandigheden in het najaar van 2023 is er in 2024 vergeleken met een jaar eerder op ongeveer 41 duizend hectare minder wintertarwe geteeld. Het areaal wintertarwe komt met een afname van 34 procent uit op 80 duizend hectare.
Verdubbeling zomertarwe
Ondanks het natte voorjaar bedraagt het areaal zomertarwe in 2024 ruim 17 duizend hectare, dat is bijna een verdubbeling ten opzichte van het voorgaande jaar. In jaren waarin de oppervlakte van wintertarwe kleiner is, is vaak een toename in het areaal zomertarwe, zodat de totale oppervlakte tarwe over het algemeen rond hetzelfde niveau blijft. Dit jaar compenseert de toename van het areaal zomertarwe echter niet de krimp van het areaal wintertarwe.
Areaal gerst toegenomen
Gerst is het enige graangewas waarvan de teeltoppervlakte is toegenomen. In 2024 beslaat het areaal gerst 39 duizend hectare (+10 procent). Vooral het areaal zomergerst is vergeleken met een jaar eerder toegenomen, met 25 procent tot 25,7 duizend hectare. Net als bij tarwe nam ook bij gerst het in de winter gezaaide areaal (wintergerst) af, met 10,6 procent tot ruim 13 duizend hectare. De arealen van overige granen zoals rogge, haver en triticale zijn ook afgenomen in 2024.
Record areaal zaaiuien
Niet eerder was het areaal zaaiuien in Nederland zo groot als in 2024. Het totale areaal bestaat uit 32,7 duizend hectare, 12,2 procent meer dan een jaar eerder, toen het areaal ook al groeide. Op 86 procent zijn gele zaaiuien geteeld, op de overige 14 procent rode zaaiuien. Ook de tweedejaars poot- en plantuien zijn in oppervlakte toegenomen met 14,3 procent naar ruim 6 duizend hectare.
Meer consumptieaardappelen
De oppervlakte waarop consumptieaardappelen worden geteeld is in 2024 vergeleken met een jaar eerder met 4,3 procent gestegen tot ruim 78 duizend hectare. Ondanks de zorgen voor het dreigende tekort aan pootgoed is het areaal pootaardappelen met 40 duizend hectare vergelijkbaar met het voorgaande jaar (+0,4 procent). Het areaal zetmeelaardappelen kromp met 7,9 procent naar 39 duizend hectare.
Van alle aardappelen die in Nederland geteeld zijn, is het aandeel zetmeelaardappelen steeds kleiner. Inmiddels is een kwart van de aardappelen een zetmeelaardappel. Dit schommelde jarenlang rond de 30 procent. De helft van de aardappelen is bedoeld voor consumptie en de overige kwart voor pootgoed.
Vezelgewassen in de lift
Net als in 2023 is het areaal vezelgewassen in 2024 gegroeid. Dit komt onder andere door de extra aandacht die er is voor biobased bouwmaterialen van eigen bodem. Vezelgewassen zoals vlas en hennep hebben nog geen grote teeltoppervlaktes, maar het arealen namen het laatste jaar wel toe (+62 procent). Het teeltareaal van vezelgewassen vlas en hennep steeg naar 7 duizend hectare.
Ontwikkeling veldbonen zet niet door
Na een verdubbeling van het areaal in 2023, is de oppervlakte veldbonen in 2024 vergeleken met een jaar eerder gedaald met 32 procent naar bijna 3 duizend hectare. Veldbonen zou een duurzaam alternatief zijn voor soja.
Bron: CBS