Woensdagmiddag 16 juni was het op de 15 hectare grote OnderwijsLeerKavel van Aeres Farms Landbouwbedrijf een drukte van belang. Studenten presenteerden waarnemingen en conclusies van de proefveldopzet waarbij men betrokken is aan elkaar.
Vorig jaar is er een start gemaakt met de OnderwijsleerKavel op Aeres Farms. Met als doel om studenten en bedrijfsleven aan elkaar te koppelen om samen kennis te ontwikkelen via onderzoek. Om verder te komen in actuele vraagstukken in de plantenteelt; zodat “gewassen en teeltsystemen van de toekomst vorm krijgen” en lesmodules zoals ‘teeltoptimalisatie’ ook echt een directe praktische toepasbaarheid krijgen.
Aansluiten op teeltoptimalisatie vraagstukken
Hiervoor kunnen bedrijven zelf een probleemstelling aandragen, maar studenten mogen ook zelf een experiment opzetten. Bij de wekelijkse gewaswaarnemingen en bij het verzamelen van de onderzoekdata wordt gebruik gemaakt van sensoren en drones. Dit geeft een goede aansluiting op het toekomstige werkveld van de studenten.
Tussentijdse rapportage
Voordat de vakantieperiode start is het een prima moment om de stand van zaken op de proefvelden op te nemen. De relatief korte warme periode dit voorjaar speelt de studenten parten. Want veel gewasontwikkeling is laat op gang gekomen vanwege het koude weer. Daardoor zijn de verwachte effecten in een aantal gevallen nu nog beperkt zichtbaar.
Opkomstproeven uien
In de uienteelt laat een compostgift van 46 ton per hectare, aangebracht na het zaaien, een duidelijke snellere opkomst zien ten opzichte van een (reguliere) gift van 23 ton. Door de snellere opkomst zijn de planten beter bestand tegen onkruidherbiciden. Hoe de bemestingswaarde van compost later in het seizoen van invloed is op de verdere loof- en bolontwikkeling wordt gevolgd.
In de uien is ook een proef gedaan met alleen mechanische onkruidbestrijding met een schoffelrobot en APV wiedeg versus onkruidbestrijding met bodemherbiciden. De wiedeg is functioneel om ook de onkruidwortels in kluitjes bloot te leggen en om hergroei tegen te gaan De resultaten tonen een snellere groeicurve bij de beginontwikkeling in het uienperceel met mechanische onkruidbestrijding.
De metingen bij de opkomstproef met geprimed en ongeprimed uienzaad hebben geen verschil laten zien, wat te verklaren valt uit het koude voorjaar en een zaaidiepte van vier centimeter. Ook is er iedere week één meter random op het perceel beoordeeld in plaats van een vaste vierkante meter.
Rassenproef De Groot en Slot
Bij een rassenproef voor De Groot en Slot met vier gele, waar onder Hysky en Hygate, en één rood uienras de Red Tide valt de onderzoekers op dat van de gezaaide 95.000 zaden per hectare er ook daadwerkelijk bij 95.000 uienplantjes zijn opgekomen. Verder valt op dat de Red Tide qua ontwikkeling in deze fase duidelijk voor ligt op de gele rassen. Dit sluit aan bij de rasseneigenschap qua uniformiteit. De beoordeling van de ui-kwaliteit op doorkleuring en bewaareigenschappen volgen later.
Aardappelen
In de consumptieaardappelen laat een onderzoek naar de werking van de startmeststof Physio Start en Exsol-P ten opzichte van niet bemesten een duidelijk verschil in wortelontwikkeling zien. Waarbij de wortelontwikkeling van Physio Start duidelijk de meeste ontwikkeling toont. Vanaf nu is ook het verdere verloop qua knolzetting te monitoren.
Hoe presteert gesneden pootgoed ten opzichte van ongesneden pootgoed? Hiernaar loopt een proefopzet. Gesneden pootgoedknollen leveren gemiddeld minder stengels en minder knollen per plant af, maar de halve knollen worden wel korter op elkaar gepoot; 28 versus 35 centimeter. Waardoor naar verwachting de opbrengst toch gelijk blijft. In deze fase van het onderzoek is al geconstateerd dat gesneden pootgoed vier stengels minder per knol ontwikkelen. Met zes versus tien stengels en dat er van de gesneden gepote knollen 86 procent opkomt tegen 98 procent van het ongesneden pootgoed.
Strokenteelt
Ook de effecten van strokenteelt worden in diverse experimenten gemeten. Hoewel de insectendruk nog niet zo hoog is in medio juni is er al wel een opmerkelijke uitkomst te noteren. In het perceel aardappelen dat onderdeel is van de strokenteelt zijn 50 procent minder schadelijke insecten afgevangen dan in het volledig aardappelperceel verderop de kavel.
Tekst en foto’s: Jan Geert Vedelaar