Door de milde winter verwachten we al vroeg bladluizen. Het advies is om achtergebleven bieten en -koppen die weer uitlopen in percelen te bestrijden om verspreiding van vergelingsziekte vroeg in het seizoen te beperken.
Teeltvoorschrift vergelingsziekte
Om verspreiding van vergelingsziekte tegen te gaan, is er een bindend teeltvoorschrift van de NVWA, waarin staat dat bieten met bladvorming niet voorhanden of in voorraad mogen zijn. Dit geldt ook voor voederbieten. Bietenhopen in het zuiden dienen voor 1 april te zijn vernietigd. Voor het noorden is dit 15 april. Meer informatie hierover staat op de website van de NVWA.
Dit voorschrift geldt officieel niet voor rode bieten, maar ook deze kunnen een virusbron zijn. Daarnaast geldt dat hoe eerder de resten worden opgeruimd, hoe beter het is.
Bietenopslag op percelen
Op percelen of perceelsdelen (zoals kopakkers) waar niet is geploegd, zijn op verschillende plekken op dit moment uitgelopen bietenkoppen zichtbaar. Als dit resten van bieten betreft, die vorig jaar geïnfecteerd waren, dan vormen zij een belangrijke bron van virus. Dit geldt ook voor hoeken van percelen, die door de nattigheid zijn blijven staan. Bladluizen kunnen hier vroeg in het seizoen het virus oppikken en in april of mei overbrengen naar jonge bietenplanten in de bietenpercelen.
Op de najaarsbewerkte gronden betreft dit in veel gevallen percelen met granen. Het advies is om bij de onkruidbestrijding in granen te kiezen voor middelen die ook opslag van suikerbieten bestrijdt. De gangbare ALS-remmers (zoals Atlantis Star, Capri Twin, Traton) zijn zeer effectief tegen standaard onkruidbieten. Deze middelen zijn niet werkzaam tegen ALS-tolerante bietenrassen van het Conviso Smart-systeem. De ALS-tolerante onkruidbieten kunnen worden bestreden met de toepassing van de combinatie Starane Top en U46 MCPA.
Bron: IRS