De aanhoudende droogte begint haar sporen te trekken in het nieuwe seizoen. Dat de gevolgen voor de gewassen groot zijn is duidelijk. Aardappeltelers zien enerzijds weliswaar stijgende prijzen, maar anderzijds staat daar ook een hogere kostprijs tegenover.
Daarnaast is het ook vaak de vraag in hoeverre telers kunnen profiteren van hogere vrije prijzen. Ondanks de enorme groei van de verwerkende industrie heeft de primaire producent hier tot nu toe onvoldoende van kunnen profiteren. De aardappelsector is ‘booming-business’, maar de teler ziet daar te weinig van terug.
Toename contracteelt
De laatste jaren zien we een steeds verdere verschuiving richting contractteelt. Dat contractteelt soms mooier lijkt dan het daadwerkelijk is, is de laatste seizoenen wel gebleken. Bij onvoorziene omstandigheden blijken de contractvoorwaarden dusdanig te zijn dat deze nooit in het voordeel van de teler uitvallen. Zowel voor de telers als voor de afnemers zou dit stof tot nadenken moeten geven. Voor afnemers omdat ze toch continu moeten kunnen rekenen op een constante aanvoer, zowel in volume als in kwaliteit. Voor telers is het eveneens een vereiste dat hun product, waar met de nodige zorg, arbeid en kosten aan gewerkt is, op de juiste waarde wordt ingeschat.
Onvoorziene omstandigheden
Onvoorziene extreme omstandigheden, die we in de laatste jaren nogal eens tegenkwamen, leiden bij telers niet alleen tot een hogere kostprijs. In een aantal gevallen kunnen ook de leveringsverplichtingen niet worden nagekomen. Met alle nadelige gevolgen die eraan vast hangen. Veelal komt de strop van de contractteelt op zo’n moment alleen maar strakker te zitten. In de afgelopen jaren hebben tegenvallers ertoe geleid dat de financiële weerbaarheid van akkerbouwbedrijven sterk is afgenomen.
Daarnaast zien we dat verwerkers het op deze momenten ook niet meer zo nauw nemen met de kwaliteit. Men probeert dan toch de nodige volumes bij elkaar te krijgen door ‘stiekem’ de markt af te stropen, waarbij de meerwaarde van een goede kwaliteit onvoldoende wordt gewaardeerd.
Strengere eisen
Zijn contractvoorwaarden niet meer van deze tijd? Daar zou je een boompje over kunnen opzetten. Op de markt voor voedingsmiddelen schieten aan alle kanten de leveringsvoorwaarden en certificeringen uit de grond. Aan telers worden strengere eisen gesteld. Door maatregelen op het gebied van milieu en voedselveiligheid wordt het vakmanschap steeds vaker op de proef gesteld en dat betekent, dat de teeltrisico’s toenemen.
Massaproductie drukt de markt ‘dood’
Ondanks toenemende eisen en voorschriften zien we dat de contracten in de aardappelteelt toch voor een belangrijk deel gefocust blijven op de massaproductie, waardoor de kwaliteit onvoldoende aandacht krijgt. Om een gezonde markt te creëren zou de focus meer in deze richting moeten verschuiven: een juiste waardering voor het juiste product. Daarmee wordt voorkomen dat de markt wordt ‘doodgedrukt’ door de massaproductie. Massaproductie leidt er niet alleen toe dat op de lange termijn de markt wordt verziekt, maar ook het product zelf. Door ziektedruk en achterblijvende kwaliteit loopt de Nederlandse aardappelsector het risico dat we in de markt voorbij gestreefd worden door andere landen.
Telers laten zich de markt voorlezen
Overigens zijn het de telers die dit zelf laten gebeuren. Telers laten zich te gemakkelijk de markt voorlezen door de verwerkende industrie, waardoor deze de markt weet te sturen. De regie in de keten is hiermee totaal aan de afnemerskant komen te liggen. Hoewel het geen eenvoudige opgave is om deze beweging te keren, geeft het wel stof tot nadenken. Contracten kunnen risico’s inperken, maar dan moet je wel met elkaar de juiste voorwaarden in weten te vullen.
Bron: VTA Nederland