Twee weken geleden werd bekend dat er vanaf 1 juli 2016 nieuwe mestregels voor Global GAP certificering van kracht worden. De NAV laat op hun website weten het eenzijdig handelen van de Europese supermarktbranche niet te waarderen. "Dit past absoluut niet in het gepropageerde keten-denken". Zie hieronder de visie van de NAV.
Twee weken geleden werden we opeens opgeschrikt door de publicatie van nieuwe mestregels voor Global GAP certificering, die per 1 juli 2016 van kracht moeten worden.
De achtergrond van deze aangescherpte regels is vooral dat er op groenten regelmatig ziekteverwekkende bacteriën gevonden zouden worden en in mindere mate dat men vreest voor medicijnresten. De bron zou hiervan bij de bemesting van akkers met organische mest voorafgaande aan de teelt liggen. Als oplossing hebben de supermarkten middels de Global GAP certificering hiertegen eenzijdig als maatregel een verbod op onbewerkte organische mest (dus zonder hittebehandeling) voorafgaand aan de teelt ingesteld. Met dien verstande, dat de maatregel niet geldt voor producten die ten allen tijde gekookt worden, zoals aardappelen en suikerbieten. Voor gewassen waarvan het oogstproduct niet in aanraking met de grond komt, zoals graan en bijvoorbeeld spruit- en bloemkool geldt een termijn van 3 maanden; voor gewassen die wel in aanraking met de grond komen en ook rauw gegeten kunnen worden (peen en uien) geldt de termijn van 6 maanden.
Eerst probleem aantonen
De kernvraag luidt natuurlijk hoe groot het probleem is. Al sinds mensenheugenis wordt mest gebruikt in de akker- en tuinbouw om het gewas en de bodem te voeden. Hierover zijn nooit alarmerende signalen naar voren gekomen dat er daardoor ziekteverwekkers verspreid zouden worden. Ook de NVWA of de vroegere Keuringsdienst van Waren hebben dit nooit geconstateerd. Dus indien er werkelijk sprake is van een probleem dat opgelost moet worden, dan dagen we hiermee de supermarktbranche en de Global GAP uit om met bewijzen te komen, zodat we dan gezamenlijk naar een oplossing kunnen zoeken. Want telers en levensmiddelenindustrie hebben natuurlijk hetzelfde belang bij onbesproken voedselveiligheid. Nu lijkt het er op dat de emotie regeert, vooral omdat in de pers de EHEC als voorbeeld genoemd is. Hierbij mag niet vergeten worden ten eerste dat deze bacteriën in het geheel niet bij komkommer of andere vruchten bleken voor te komen, maar afkomstig waren van uit Egypte geïmporteerde gekiemde groentes als taugé en andere soorten en ten tweede dat in winkels iedereen wel zonder controle op hygiëne met zijn handen aan de producten mag komen.
Duurzaamheid in het gedrang
Het eenzijdig handelen van de Europese supermarktbranche komen we vaker tegen; met eenzijdige prijsverlagingen, oprekken van betalingstermijnen etc. Dit past absoluut niet in het gepropageerde keten-denken, waarbij de verschillende schakels nu juist in overleg moeten treden om tot gezamenlijke winst te komen. Ook zou de onterechte ban op organische mest het duurzaamheids-denken op het spel zetten: immers om mineralenverlies tegen te gaan verplicht ook de wetgever telers tot voorjaarsgebruik. Daarnaast wordt de mogelijkheid tot een betere organische stofvoorziening en daarmee de bodemvruchtbaarheid op de langere termijn beperkt. De biologische landbouw zal zijn toevlucht in het geheel tot compost moeten zoeken. Kortom: deze aanscherping van de Global GAP eisen moet van tafel en de levensmiddelenindustrie/detailhandel moet werk maken van onze uitnodiging om eventuele problemen in kaart te brengen!
Bron: NAV