De consumentenprijsindex van aardappelen kwam in september 2020 uit op 124 (2015=100). Dat is 13% lager dan in juli, en 19 punten lager dan in september vorig jaar. De producentenprijsindex was in 2019 stabiel en daalde vanaf begin 2020 maar herstelde de laatste maanden naar 115 punten in september, 1% lager dan twee maanden eerder.
Dalende aardappelprijs
Door de coronacrisis daalde ook de aardappelprijs af boerderij in april en mei zeer fors en herstelde daarna tot 80 punten in september, 1% hoger dan in juli van dit jaar en 43% lager dan in september 2019.
Prijsontwikkeling
In september is de consumentenprijsindex uitgekomen op 124 punten, wat 19 punten (13%) lager is dan in juli en 14% lager is dan in september vorig jaar. Vanaf het begin van het seizoen 2019/2020 vertoonde de consumentenprijs een neerwaartse lijn tot maart 2020. De Covid-19-crisis heeft de vraag naar verse aardappelen en aardappelproducten in de winkel doen toenemen wat tot deze hogere prijzen leidde. Vanaf het nieuwe oogstseizoen zijn de consumentenprijzen gedaald.
De aardappelprijs af boerderij lag het seizoen 2019/2020 aanmerkelijk lager dan het voorgaande seizoen 2018/2019. In juni 2019 lag de aardappelprijs nog op 212 punten, het hoogste niveau voor seizoen 2018/2019. Drie maanden later, in september 2019, was de index gedaald naar 116 punten. De oogst van 2018 was door droogte zeer klein en van mindere kwaliteit. Het aanbod van 2019 is groter maar minder ruim dan aanvankelijk gedacht door de late hittegolf van eind augustus. Die maakte dat gewassen eerder op hun retour raakten, wat de nagroei belemmerde. De natte weersomstandigheden in de daaropvolgende maanden belemmerden een vlotte oogst. Bij sommige partijen kan dit kwaliteitsproblemen geven gedurende de opslag in de bewaarplaats.
Consumptieaardappelen
Een klein deel van de consumptieaardappelen (circa 1.340 ha) kon uiteindelijk niet worden geoogst. Beide zaken temperden de aanvankelijk verwachte oogstomvang. In combinatie met de aanhoudende goede vraag, stegen de aardappelprijzen naar 123 punten in februari 2020. Vanaf maart tot mei daalde de aardappelprijs echter naar een dieptepunt van 56 punten als gevolg van de coronacrisis. In de maanden daarna herstellen de telersprijzen enigszins en liggen in september op 80 punten, 1% hoger dan in juli maar 30% lager dan een jaar eerder. Horeca en fastfoodrestaurants werden wereldwijd gesloten om coronabesmettingen te voorkomen.
Fritesaardappelen
De mondiale vraag naar ingevroren frites daalde sterk en de Nederlandse fritesexport zakte in. De aardappelverwerkende industrie verwerkte fors minder fritesaardappelen. In de bewaarplaatsen lag rond 1 maart 2020 nog een voorraad van ruim 1 miljoen ton aardappelen. Deze onverkoopbare voorraden hebben de telersprijzen de rest van dit seizoen zeer sterk doen dalen. Voor niet-gecontracteerde aardappelen konden telers via de ‘Compensatieregeling fritesaardappelen’ onder voorwaarden compensatie aanvragen. De weergegeven telersprijzen zijn gebaseerd op markt- en contractprijzen, exclusief eventuele tegemoetkomingen op basis van de ‘Compensatieregeling fritesaardappelen’. Voor het nieuwe oogstseizoen is er een lichte uitbreiding van het consumptieaardappelareaal in Noordwest-Europa en de oogstverwachtingen gaan uit van normale opbrengsten. Natte weersomstandigheden belemmeren in verschillende regio’s het rooien, maar naar verwachting worden vrijwel alle aardappelen gerooid. De vrieshuizen zitten overvol frites en de horeca inclusief fastfood zullen voorlopig niet volledig herstellen. Verwacht wordt dat de fritesaardappelprijzen ook komend seizoen onder druk zullen staan.
Aardappelindustrie
De producentenprijsindex (PPI) kwam in september 2020 uit op 115 punten (2015=100), een fractie (1%) lager dan in juli. Over heel 2019 lag de producentenprijsindex op een redelijk stabiel niveau van rond de 119 punten. Vanaf januari 2020 is de producentenprijsindex gedaald: de gevolgen van de coronacrisis elders (onder andere in China) leidden tot toenemende voorraden en prijsdruk op producentenprijzen die na maart meer dan normaal fluctueerden. De verwerkende industrie verwerkte over de periode augustus-december iets minder aardappelen dan in dezelfde periode het jaar daarvoor.
In maart was dat 40.000 ton aardappelen minder dan in maart 2019. Over de periode maart-mei verwerkte de aardappelverwerkende industrie 290.000 ton minder aardappelen vergeleken met dezelfde periode in 2019. Na het dieptepunt in april (192.5 ton) is de verwerking weer toegenomen en lag in juli op 269 ton aardappelen, even veel als in juli 2019. In augustus en september verwerkte de industrie ruim 90 ton aardappelen minder dan in dezelfde maanden een jaar eerder. Verwerkers kopen via contracten in, waardoor ze relatief stabiele verkoopprijzen hanteren.
Aardappelketen
Tafelaardappelen, koelverse en diepgevroren aardappelproducten zijn te koop in speciaalzaken en de supermarkt. Tafelaardappelen worden door de aardappelcoöperatie of private handel bij telers ingekocht, gesorteerd en verpakt en via distributiecentra aan supermarkten en winkels geleverd. Soms leveren telers of handelaren ook rechtstreeks aan winkels. Het leeuwendeel van de Nederlandse consumptieaardappelen wordt verwerkt tot frites, chips en koelverse producten. De aardappelverwerkende industrie verwerkt jaarlijks meer dan 4 miljoen ton aardappelen en koopt het grootste deel van de benodigde aardappelen rechtstreeks in bij de teler, veelal op contract. Naast supermarkten worden aardappelproducten verkocht in (fastfood)restaurants en snackbars.
Toelichting op drie niveaus
Nederlandse consumenten kopen jaarlijks circa 375.000 ton tafelaardappelen, circa 80% via de supermarkt. Voor koelverse producten is het aandeel bij supermarkten 95%. Het aantal bedrijven dat verse aardappelen voor de tafelaardappelmarkt bewerkt (sorteert, wast, verpakt) neemt af en ligt op een kleine 80 (NAO, 2015). De 5 à 8 grotere verpakkingsbedrijven hebben een belangrijk deel van de binnenlandse handel in handen; ze beleveren de Nederlandse supermarkten voor 80 tot 90%, al dan niet via een serviceprovider. Een klein deel van de binnenlandse tafelaardappelbehoefte bestaat uit import die vooral plaatsvindt in het vroege voorjaar als de binnenlandse voorraden opraken of kwalitatief minder worden. Deze geïmporteerde vroege tafelaardappelen komen uit zuidelijke lidstaten zoals Spanje, Portugal, Italië en Malta. De meeste van de verpakkingsbedrijven exporteren aardappelen, veelal via een exporteur. Die export bedraagt 400.000 ton, waarvan de helft een bestemming heeft buiten de EU.
Binnen de verwerkende industrie (niet-tafelaardappelen) zijn er vier grotere bedrijven die 85% van het volume verwerken. Ze opereren mondiaal en hebben meerdere productielocaties in binnen- en buitenland. Van de 4 miljoen ton aardappelen die de industrie verwerkt, komt twee derde van Nederlandse bodem en wordt een derde geïmporteerd. Ongeveer 85% van de aardappelproducten wordt diepgevroren geëxporteerd, circa 80% binnen Europa en 20% naar derde landen (Vereniging voor de Aardappelverwerkende Industrie, VAVI). De voortdurende groei van de export naar onder andere Azië maakt dat bedrijven hun capaciteit uitbreiden.
Hoeveel akkerbouwbedrijven telen consumptieaardappelen
Het aantal akkerbouwbedrijven dat consumptieaardappelen teelt, varieert tussen de 6.500 en 7.000. Mede vanwege de noodzakelijke vruchtwisseling verbouwen de aardappeltelers ook andere gewassen. Zij produceren jaarlijks gemiddeld 3,9 miljoen ton consumptieaardappelen. Consumptieaardappelen worden gepoot in het voorjaar en geoogst in de periode augustus-oktober. Aardappelen worden direct na de oogst afgeleverd of op de boerderij in bewaarplaatsen bewaard en op afroep geleverd. Aardappelen kunnen afhankelijk van ras en kwaliteit tot aan juni-juli bewaard worden, maar bewaren leidt tot gewichts- en soms kwaliteitsverlies.
Prijsvorming aardappelen
De consumentenprijs volgt de prijsontwikkeling in de aardappelmarkt, maar de relatieve uitslagen zijn kleiner dan bij de prijzen af boerderij. Dit komt mede omdat de consumentenprijs is samengesteld uit zowel verse aardappelen (tafelaardappelen) als verwerkte aardappelen. Om een belangrijk deel van hun grondstofvoorziening zeker te stellen, bieden verwerkers en handelaren voorafgaand aan het teeltseizoen contracten aan. Ongeveer 75-80% van de aardappelen die de verwerkende industrie verwerkt, wordt vooraf gecontracteerd. Er bestaat een grote variatie aan contractvormen. Omdat verwerkers aardappelen op contract inkopen, kunnen ze relatief stabiele verkoopprijzen hanteren.
Producentenprijzen zijn daardoor aanzienlijk minder volatiel dan de af-boerderijprijzen. De marges van de verpakkings- en exportbedrijven staan in jaren met hoge aardappelprijzen onder druk; in jaren met lage prijzen kan Nederland de concurrentie op de buitenlandse markten beter aan. Aardappeltelers verkopen hun product op contractbasis of via de vrije markt. Op de vrije markt worden de prijzen bepaald door vraag en aanbod in de belangrijkste aardappellanden in Noordwest-Europa: Nederland, Frankrijk, Duitsland, België, het Verenigd Koninkrijk en Polen.