Het RIVM is van start gegaan met een achtjarig onderzoek naar de langetermijneffecten van de blootstelling aan gewasbeschermingsmiddelen op de gezondheid van omwonenden. Dat meldt demissionair landbouwminister Piet Adema aan de Tweede Kamer. Het onderzoek is een wens van meerdere Kamerleden.
Het onderzoek bouwt verder op de bevindingen van het tussen 2015 en 2019 uitgevoerde Onderzoek Bestrijdingsmiddelen Omwonenden (OBO), waarin het RIVM de blootstelling van omwonenden aan gewasbeschermingsmiddelen in kaart heeft gebracht voor bepaalde teelten. In 2022 heeft het RIVM verschillende mogelijkheden verkend voor het onderzoeken van de relatie tussen de blootstelling aan gewasbeschermingsmiddelen en de gezondheid van omwonenden. Het overkoepelende doel is om te onderzoeken of er een relatie is tussen de blootstelling aan gewasbeschermingsmiddelen en verschillende ziektebeelden bij mensen.
Plan van aanpak deelonderzoeken
Op verzoek van de betrokken ministeries heeft het RIVM een plan van aanpak opgesteld. Daarin staat hoe de komende acht jaar verschillende onderdelen van het onderzoek uitgevoerd gaat worden. Het project bestaat uit acht deelonderzoeken met verschillende doelstellingen.
OBO-2 bestaat uit acht deelonderzoeken:
- Karakterisering van de blootstelling
- Ziekte van Parkinson – Patiënt-controleonderzoek
- Ziekte van Parkinson – Cohortonderzoek
- Analyse gegevens Nederlandse Kankerregistratie
- Cognitie bij kinderen
- COPD en Astma
- Analyse huisartsengegevens (acute en langdurige klachten en aandoeningen)
- Gezondheidseffecten van beroepsmatige blootstelling
Het patiënt-controle onderzoek naar de ziekte van Parkinson gaat zijn uitgevoerd in samenwerking met het Radboud MC, waar professor Bas Bloem werkzaam is.
Relatie glyfosaat en Parkinson
Naast de twee deelonderzoeken naar de ziekte van Parkinson in dit project, is de minister met het RIVM in gesprek over het uitvoeren van een onderzoek naar een mogelijk verband tussen glyfosaat en de ziekte van Parkinson. Om dit verband al dan niet aan te kunnen tonen of uit te kunnen sluiten, zullen dierproeven gedaan worden en in vitro testen (niet dierproeven) zijn gaan ontwikkeld. De uitkomsten van dit onderzoek moeten bijdragen aan het verbeteren van het toetsingskader.
Toelatingsprocedures
Ook laat Adema een onafhankelijke analyse uitvoeren naar lacunes in de toelatingsprocedures. Zo moet inzichtelijk worden of de procedures en toetsingskaders voldoende de huidige stand van wetenschap en kennis reflecteren en waar deze te verbeteren is. De voorbereiding voor het uitzetten van deze onafhankelijke analyse loopt. De minister verwacht de opdracht begin volgend jaar uit te kunnen zetten.
Maatschappelijke klankbordgroep
Er zal een maatschappelijke klankbordgroep zijn opgericht die de maatschappelijke aansluiting en relevantie moet borgen. Over het onderzoek zal ook regelmatig duidelijk naar de samenleving zijn gecommuniceerd. Daarnaast is het van groot belang dat de resultaten op wetenschappelijk niveau worden gedeeld, ook met andere landen. Om dit te realiseren zal er ook een internationale wetenschappelijke adviesraad ingesteld worden bestaande uit Europese wetenschappelijke experts met relevante en elkaar aanvullende expertise, waaronder experts vanuit EFSA. Op internationaal niveau is Nederland met dit onderzoek een voorloper.
Bron: Ministerie LNV