Enige tijd geleden is onder de leden een enquête gehouden over het ondersteunen van het Uitvoeringsprogramma (UP) Plantgezondheid door LTO Nederland. Daarin is brede steun uitgesproken voor deelname. Maar er zijn ook een aantal opmerkingen gemaakt die het onderwerp wel raken maar niet direct met het Uitvoeringsprogramma te maken hebben. Als Vakgroep heeft LTO deze geluiden wel goed in beeld.
Verdienmodel landbouwsector voorop
Vollegrondsgroentetelers gaven aan dat het verdienmodel voor de sector voorop moet staan. Wanneer inspanningen niet beloond worden, is het voor hen zeer lastig om duurzaam te werken. Een gelijk speelveld binnen Europa is daarvoor van het allergrootste belang. Ook zou de EU moeten kijken naar import van buiten Europa. Dit zou aan dezelfde eisen moeten voldoen als voedsel dat binnen de EU is geproduceerd.
Alternatief voor verboden gewasbeschermingsmiddelen
Daarnaast zou een middel pas mogen verdwijnen wanneer er een afdoende alternatief beschikbaar is. Ook voor kleine teelten moet het mogelijk blijven het gewas goed te beschermen. Om natuurlijke vijanden van plaagdieren te sparen, moet goed nagedacht worden over welke middelen je in wil zetten. Hier is het van belang dat we minder het onderscheid moeten maken tussen gangbaar en biologisch, maar dat deze 2 naar elkaar toe moeten groeien.
Communicatie met consument
Ook is aangegeven dat LTO als sectoren pro-actief moet communiceren met de consument. Dit is geen onderdeel van het Uitvoeringsprogramma; maar zal de Vakgroep wel meenemen binnen LTO-Nederland. Er is ook gesproken over een soort stroppenpot voor het werken met nieuwe methoden of middelen. Wanneer je dan als teler een tegenslag hebt zou je hieruit een vergoeding kunnen krijgen. Deze zaken zullen door de Vakgroep meegenomen worden in de verdere discussie rondom het UP.
Bron: ZLTO