Drift is naast erf- en perceel één van de drie emissieroutes. Veel boeren zetten zich daarom in voor driftbeperking. Dat kan op verschillende manieren, onder andere met doppen die een hogere driftreductie halen dan de standaard, maar ook door een extra driftreducerende techniek toe te passen.
Welke en met welke driftklasses? In dit artikel van LTO Noord zijn drie spuittechnieken uitgelicht. Bekijk daarnaast ook het factsheet spuittechnieken om alle technieken te bekijken.
Luchtondersteuning
Veldspuit met luchtondersteuning + 50 procent DRD
De driftklasse is bij 90 procent bij 50 procent drift reduceerde doppen (DRD) en 95 procent bij 75 procent DRD. Goed om te weten is dat dit gaat om tot 120 graden tophoek van de dop, 50 centimeter dopafstand, conventionele hoogte van de spuitboom, maximaal acht km per uur.
Hardi Twin Force luchtondersteuning
Veldspuit met Hardi Twin Force luchtondersteuning + 50 procent DRD
De driftklasse is bij 97,5 procent bij 50 procent DRD en 99 procent bij 75 procent DRD. Goed om te bedenken is dat doppen niet boven de maximale spuitdruk zoals in DRD-lijst is vermeld, maximaal acht km per uur.
Sleepdoeksysteem
Veldspuit met sleepdoeksysteem + 50 procent DRD of Teejet Al 110-015 (tot 3 bar)
De driftklasse is tot en met 99 procent. Goed om te weten dat Sleepdoeksysteem moet afsteunen op gewas of kale grond, maximaal 20 centimeter dophoogte en dopafstand maximaal 33 centimeter. De maximale druk mag niet boven de in de DRD-lijst vermelde druk en ook hier geldt maximaal acht km per uur.
Benieuwd naar de rest van de spuittechnieken? Download de factsheet spuittechnieken.
Bron: LTO Noord