De afzet van gewasbeschermingsmiddelen is in 2022 afgenomen naar 8,9 miljoen kilo werkzame stof. Dat is vier procent minder dan een jaar eerder. Sinds 2018 is de afzet onder de 10 miljoen kilo. De afzet daalt sinds 2020. Dit blijkt uit de CBS-cijfers.
De totale afzet van gewasbeschermingsmiddelen is in 2022 met 8,9 miljoen kg ruim onder de 10 miljoen kg werkzame stof van 2017. De afzet in 2022 is 9 procent minder dan in 2020, toen de totale afzet nog ruim 9,8 miljoen kg bedroeg (CBS, 2024). De zes jaar voor 2017 schommelde de afzet rond 11 miljoen kg (CBS, 2020).
Bestrijding van schimmels en bacteriën
In 2022 is 3,0 miljoen kg aan middelen afgezet voor de bestrijding van schimmels en bacteriën. Dit is 0,3 miljoen, ofwel ruim 10 procent minder dan een jaar eerder. Deze daling in 2022 komt vooral door het nu volledig vervallen van afzet voor mancozeb (LNV, 2024). De middelen voor bestrijding van schimmels en bacteriën nemen nog steeds het grootste aandeel in de totale afzet van gewasbeschermingsmiddelen. Het aandeel schommelde per jaar tussen de 40 en 45 procent, maar is sinds 2018 gedaald van 46 naar 33 procent. Droge warme zomers leiden doorgaans tot een lager gebruik, natte koude zomers juist tot een hoger gebruik.
Bestrijding van onkruiden en loofdoding
In 2022 is 2,7 miljoen kg aan middelen afgezet voor het bestrijden van onkruiden en loofdoding. Dit is 0,12 miljoen kg meer dan in 2021 en dat is een stijging van vijf procent. Sinds 2018 zagen ze een geleidelijke daling, maar nu gaat de afzet dus omhoog. In 2017 werd het meeste glyfosaat afgezet, maar in 2022 zien ze weer een toename ten opzichte van 2021 (LNV, 2024).
De afzet van middelen voor het bestrijden van onkruiden en loofdoding fluctueert jaarlijks, maar doorgaans minder dan bij de middelen voor schimmel- en bacteriebestrijding. Het aandeel van de middelen voor onkruidbestrijding en loofdoding schommelt al jaren tussen de 25 en 30 procent. In 2022 is het 30 procent.
Bestrijding van insecten en mijten
In 2022 is bijna 2,3 miljoen kg aan middelen afgezet voor het bestrijden van insecten en mijten. In 2021 was dit 2,7 miljoen kg. Dat is dus een afname van 15 procent. De afzet van middelen voor de bestrijding van insecten en mijten steeg de laatste drie jaar, maar daalt nu weer. Dat komt vooral door de afzet van paraffine-olie, die piekte in 2020 (LNV, 2024). Het aandeel in de totale afzet is in 2022 25 procent en schommelt over de jaren tussen de 15 en 30 procent
Overige gewasbeschermingsmiddelen
De afzet van de ‘overige middelen’, grondontsmettingsmiddelen en plantengroeiregulatie en slakkenbestrijding, is 1,1 miljoen kg in 2022. Sinds 2017 ziet het CLO een geleidelijke, duidelijk toename. Dat komt vooral door een toename bij plantengroeiregulatie. Tussen 2013 en 2017 juist een afname. Gedurende de periode 2011-2013 was het nog 1,8 miljoen kg. De afzet van ‘overige middelen’ is daarmee de laatste jaren één miljoen kg lager dan in 2013, hetgeen een gevolg is van het minder toepassen van metam-natrium als grondontsmettingsmiddel (CBS, 2024).
Nagenoeg alle afzet is chemisch
De totale afzet over 2022 is 8,991 miljoen kg, terwijl de afzet exclusief microbiologische middelen en middelen van botanische oorsprong 8,732 miljoen kg is. Het aandeel chemisch is dus 97,1 procent.
Harmonised Risk Indicator
Sinds mei 2019 heeft de Europese Commissie indicatoren vastgesteld om daarmee het gebruik van laag risicostoffen te stimuleren en het gebruik van stoffen met hogere risicoprofielen te ontmoedigen. Het gebruik van laag-risicostoffen krijgt een lage weging in de HRI. De indicator wordt als eerste toegepast op de afzetcijfers. Ministerie LNV publiceert de gegevens voor Nederland op haar website (LNV, 2023).
Inzet van middelen
Het verbruik van gewasbeschermingsmiddelen, en daarmee ook de verkoop ervan, wordt bepaald door een mix van variabelen. Schommelingen in de afzet komen door de jaarlijks wisselende gewasarealen binnen de landbouw, de mate waarin ziekten, plagen en onkruiden jaarlijks voorkomen, het beschikbare middelenpakket, de middelenkeuze en in hoeverre geïntegreerde gewasbescherming is toegepast. De relevantste variabele is het weer, als gevolg van elk jaar wisselende weersomstandigheden tijdens de groei van de gewassen.