Vorige week vertelde biogeoloog Gino Smeulders over de resultaten van monitoren op de effecten van steenmeel in de mest. Melkveebedrijven zagen diverse gunstige effecten, maar als producent van mest kunnen zij ook leveren aan akkerbouwbedrijven die mest afnemen om hun perceelkwaliteit te verbeteren.
De bijbehorende analyses zijn vooral afkomstig van akkerbouwbedrijven op zandgronden (Veenkoloniën) waar steenmeel direct op het land werd gebracht. Daar werden duidelijke resultaten behaald bij aardappelen en graangewassen. Bij akkerbouwer Henk Schrör in Musselkanaal werden bij proeven ook resultaten gezien in de suikerbieten bij gelijkblijvende opbrengst en suikergehalte. De extra loofontwikkeling (+34%) levert organische stof en extra nutriënten voor het volgende gewas op. “De stand van het gewas waar Actimin in zit, is op de lijn af een stuk hoger en heeft veel meer bladhoeveelheid”, zo liet de Groningse akkerbouwer en pluimveehouder in een eerdere publicatie op AkkerbouwActueel.nl al weten. “Het fouragebedrijf in de regio dat betrokken was bij het steenmeelproject meldt ons dat de verkoop van steenmeel groeit.” aldus Gino Smeulders.
Onderzoek uitbreiden
Op korte termijn willen de onderzoekers ook andere gewassen gaan testen en ook op kleigronden (een andere vorm van) steenmeel toepassen. “We willen eerst in Gelderland en Brabant voet aan de grond krijgen. Dit zijn gebieden waar van oudsher veel intensieve veehouderijen staan en daar vinden we dan ook bodems die erg uit balans zijn wat betreft nutriënten. Dat kan hersteld worden door middel van een goed beheer van de pH in combinatie met de introductie van vulkanisch gesteente om de bodem van de noodzakelijke mineralen en nutriënten te voorzien. De bodem wordt daarmee weer in balans gebracht.”
Praktijkdata
In totaliteit zal het nog zeker een paar jaar duren voordat steenmeel echt zijn plek heeft ingenomen in de akkerbouwsector, maar de huidige bodemcondities en wetgeving voor het terugdringen van mestemissie en reductie van gewasbeschermingsmiddelen, zorgen er volgens Smeulders uiteindelijk wel voor dat een groot deel van de sector overstag zal gaan. “Er is nu eindelijk wat praktijkdata beschikbaar wat het product in de mest doet en in de bodem doet in bijvoorbeeld aardappel-, bieten- en graanteelt.”
“Volgende stap is minder gewasbescherming”
De verkregen data worden momenteel doorgerekend door een econoom. Dat is al eerder gedaan – onder andere in samenwerking met Delphy voor een representatief Veenkoloniaal bedrijf en op basis van aannamen. Deze berekeningen kunnen nu met praktijkdata worden geoptimaliseerd. “Bij bepaalde teelten bijvoorbeeld zie je gemiddeld tot wel tien procent hogere opbrengsten dan destijds aangenomen. Bovendien zorgt de werking van steenmeel ervoor dat het gewas weerbaarder is. De volgende stap is dus dat er minder gewasbescherming nodig is omdat er ook minder bemest hoeft te worden. Dat gaat de belangrijkste stap worden in het proces om steenmeel als toepassing in de akkerbouwsector een vaste plek te geven”, zo besluit Smeulders.