De vaste commissie pootaardappelen van NAK besloot de pilot Erwinia (integrale toets van de klassen PB en S) voor oogst 2018 in de huidige vorm voort te zetten. Nader wordt bekeken of de mogelijkheid kan worden geboden om van de toets af te zien voor partijen waarvoor dat niet nodig is.
Voor 2019 zal de pilot in de huidige vorm niet meer worden voortgezet. Wel wordt de toets nog op vrijwillige basis aangeboden. Over de financiering daarvan zal in het bestuur nadere besluitvorming plaatsvinden. De vaste commissie gaat nadenken over een andere opzet en vorm. De integrale toets in de klassen PB en S – in de vorm van een pilot – heeft veel informatie en inzicht opgeleverd, zowel op ras- als op soortniveau.
Opschonen onvoldoende gelukt
Na vijf jaar toetsen kunnen we spreken van een grondige nulmeting. We weten nu dat ‘Erwinia’ algemeen voorkomt, dat er grote rasverschillen zijn in gevoeligheid, dat atroseptica bijna is uitgedoofd en dat ‘Erwinia’-besmetting in een groot deel van (PB en S) latent aanwezig is. Het opschonen van de kolom is onvoldoende gelukt.
Meerdere opties voor vervolg
Voor het vervolg zijn meerdere opties in beeld. Duidelijk moet worden wat het doel van de toets moet zijn: willen we ons richten op het identificeren van schone partijen, of juist op het vinden van de zwaar besmette partijen? Daarnaast moet onderzoek meer inzicht geven over de virulentie (agressiviteit) binnen de verschillende ‘Erwinia’-soorten, zoals P. brasiliense. Zo wil de vaste commissie in de toekomst de toets gerichter gebruiken om de risico’s voor pootgoedtelers en gebruikers van pootgoed te verkleinen.
Daarnaast heeft de vaste commissie ook het voorgenomen besluit met betrekking tot de B-norm bekrachtigd. Met ingang van oogst 2018 wordt de norm voor de klasse B (en waardering II) op een aantal punten versoepeld. Het gaat om groeischeuren (van 0,5 naar 1,5 cm diep, waarbij er geen beperking meer geldt voor het aantal, de lengte en ‘niet over de kop’), drukplekken/blauw (van 6% naar 12% matig), grond (van 1% naar 2%), gerimpelde knollen (naar 1%) en Rhizoctonia (van 25% licht naar 25% matig).
Bron: NAK