“Ik wist niet dat bloemenranden insecten (vectoren, red.) aantrekt die vervolgens weer virussen kunnen overbrengen”, aldus akkerbouwer Van ’t Zet uit Marknesse na afloop van het Virussymposium van Profytodsd en George Pars Graanhandel, in samenwerking met HZPC en Agrico, afgelopen week organiseerden in het Abe Lenstra stadion in Heerenveen.
“Wel vind ik dat de virusproblematiek niet los gezien kan worden van de bacteriedruk in pootgoed. Het gaat om een totaalaanpak van virussen én bacteriën.” Van ’t Zet was één van de vele pootgoedtelers die aanwezig waren op het goedbezochte symposium. Als laatste spreker had Gerbert Barneveld van Holland Fyto tijdens zijn zeer praktisch ingestoken presentatie de akkerranden – in de sfeer van de locatie – op de ‘reservebank’ geplaatst, omdat volgens hem die kleurrijke bloemranden vooral voor de buitenwereld aantrekkelijk gemaakt wordt.
“De huidige akkerranden trekken insecten aan die het gewas kunnen infecteren en worden eigenlijk alleen voor de bühne aangelegd. De natuurlijke vijanden van bijvoorbeeld de bladluis blijven rustig – ze zijn per definitie lui – in de bloemenrand wachten tot dat de bladluis naar hem toekomt, terwijl de luizen zelf op onderzoek gaan en in de aardappelplant terechtkomt. Er wordt momenteel uitvoerig onderzoek gedaan naar akkerranden, die wél effectief zijn als het gaat om virusbestendigheid. Het draait daarbij om je juiste mix in het mengsel, die in de strokenteelt kan worden toegepast zonder dat dit zorgt voor extra virusdruk. En dat ziet er veelbelovend uit.”
Gerbert Barneveld van Holland Fyto tijdens zijn zeer praktisch ingestoken presentatie
Hulpstoffen
Barneveld stelde vervolgens vast dat uit meerjarige onderzoek op Proeftuin Zwaagdijk is gebleken dat een combinatie van bestrijdingsmiddelen met minerale olie en hulpstof Prolong XP het meest effectief is. “Virussen kan je niet bestrijden, je moet virusoverdracht voorkomen”, klonk het woensdagavond.
Meerjarig onderzoek
Barneveld benadrukt bovendien dat het nieuwe activiteitenbesluit voor flink wat uitdagingen gaat zorgen: “Door vernieuwde driftreducerende maatregelen gaat het druppelspectrum veranderen. Wanneer telers niet beschikken over zeer kostbare ondersteunende techniek, zal de gemiddelde druppelgrootte grover worden. Dit gaat leiden tot een slechtere bedekking. Grovere en daardoor zwaardere druppels hechten zich minder makkelijk aan het gewas. Daardoor minder benutting van kostbare gewasbeschermingsmiddelen. Prolong XP draagt bij aan betere hechting en bedekking en daardoor meer benutting.”
“Filmpje virusoverdracht heel interessant”
Het symposium begon met een gedetailleerde technische uiteenzetting van de virusproblematiek in het algemeen door plantviroloog Martin Verbeek van Wageningen University & Research (WUR) en specifiek over het Y-virus. Van ’t Zet: “Het filmpje dat tijdens die presentatie getoond werd over de overdracht van virussen via de snuit van de bloedluis vond ik ook razend interessant”, aldus de akkerbouwer van Maatschap Van ’t Zet-Alkema uit Noordoostpolder.
Plantviroloog Martin Verbeek van Wageningen University & Research (WUR) tijdens zijn presentatie op het virussymposium
Meer knollen aanbieden
Na deze introductie werd het symposium dat tot doel had ‘kennis te delen over een gezonde virusvrije pootgoedteelt’ vervolgt door uitleg over de keuring en nacontrole door het NAK: “Wij adviseren telers meer knollen (een goede selectie) aan te bieden in het standaardonderzoek, want dat voorkomt teleurstelling in de nacontrole”, was de boodschap van NAK-vertegenwoordiger Jan Eggo Hommes.
NAK-vertegenwoordiger Jan Eggo Hommes: “Wij adviseren telers meer knollen (een goede selectie) aan te bieden in het standaardonderzoek”
Grijs gebied dankzij ‘symptoomloze virussen’
Tot slot lieten Harm Steenhuis (HZPC) en Tjalling Douma (Agrico) hun licht schijnen op de virusdruk in het Nederlandse pootgoed. Het proces dat deze handelshuizen doorlopen met de geleverde partijen, leverde volgens beide heren nog weleens lastige besluiten op, omdat vaak (zeker in het afgelopen seizoen) partijen die wel goed zijn, maar niet perfect – het zogenaamde ‘roze’ pootgoed – toch gebruikt moet worden om aan alle (export)afspraken te voldoen. Steenhuis: “De afgekeurde (rood) partijen worden absoluut niet gebruikt. De groene goedgekeurde aardappelen uiteraard wel, maar de roze partijen zijn altijd een punt van discussie”, gaf hij toe. “Vooral omdat er ook heel veel symptoomloze virussen in de pootgoedteelt voorkomen en die zijn moeilijk te traceren en typeren”, vulde plantviroloog Verbeek hem tijdens de forumdiscussie aan.
Ook Tjalling Douma van Agrico (rechts) en Harm Steenhuis van HZPC (links) lieten hun licht schijnen op de virusdruk in het Nederlandse pootgoed
Minder middelen
Volgens Steenhuis is het goed mogelijk dat die keuze in de komende jaren nog lastiger gaat worden: “We gaan de komende jaren veel middelen verliezen en daardoor kunnen virussen die nu nauwelijks nog voorkomen in de aardappel weer terugkeren. Denk hierbij aan de X/S-virussen.”
“Tijdige loofvernietiging basis van hoogwaardig pootgoed”
De goed gevulde zaal kreeg vervolgens van Agrico-woordvoerder Douma nog een belangrijke boodschap mee naar huis: “Voer de loofvernietiging op tijd uit, want daar leg je de basis voor hoogwaardig pootgoed. Johan Cruijff zei ooit ‘wie een sprintje moet trekken, is te laat vertrokken’ en dat geldt ook hiervoor”, besloot Douma geheel in de stijl van het SC Heerenveen-stadion zijn betoog op het speciaal voor akkerbouwers georganiseerde virussymposium.