Hoofdfoto: Akkerbouwer Niels Scholtens begon in 2018 met precisielandbouw door middel van dronevluchten
Tijdens het jaarlijkse mini-symposium van de Agrofood Cluster in Emmeloord stond precisielandbouw en technologische vooruitgang centraal. Aan de hand van gebruikerservaringen met data van Dronewerkers.nl werden de mogelijkheden én uitdagingen van – deze door één van de sprekers als ‘digitale transformatie’ getypeerd – data-effecten op bodem en gewas besproken.
Akkerbouwbedrijf Scholtens in Luttelgeest begon in 2018 met precisielandbouw door middel van dronevluchten en Niels Scholtens vertelde in Emmeloord geen spijt te hebben van die beslissing.
Scholtens deed de eerste ervaringen op in het extreem warme en droge teeltjaar 2018, waarin het samenwerkten met Bert Rijk, Wim Bastiaanssen en Agrifirm. Deze eerste praktijkervaringen in precisielandbouw leverde volgens Scholtens voldoende bruikbare data op om hier komend seizoen mee door te gaan in de pootgoed en consumptie aardappelteelt.
Scholtens: “We hebben metingen gedaan bij het ras Innovator, een zeer droogte gevoelig ras. Net als de meeste aardappeltelers moesten wij veel beregenen vorig jaar. Door een dronevlucht te maken voor én na het beregenen werd heel duidelijk inzichtelijk gemaakt dat door voldoende vocht op alle plekken in het perceel de opbrengsten vrijwel overal gelijk was. Bij voldoende vocht worden contouren in de bodemstructuur veel minder doorslaggevend. Afgelopen winter zagen we bij de analyses dat de verdeling van de vochtgehaltes zoals die zichtbaar zijn op de taakkaarten bijna geheel overeenkomen met de opbrengsten per hectare. Voor ons bewijst dit dat een constante vochttoevoer enorm belangrijk is voor het rendement van de teelt. Niet alleen om de stress bij de planten te verminderen, maar ook voor een uniformere opbrengst.”
“Ook onderzoek hoe de bodem zich houdt als het extreem nat is”
Scholtens beseft dat niet ieder jaar zo droog zal zijn, maar wil wel voorbereid zijn als er zich weer een droge periode voordoet. Voor het komende teeltjaar breidt het akkerbouwbedrijf de activiteiten op het gebied van precisielandbouw verder uit: “Het effect van de structuur willen we verder gaan onderzoeken, want we hebben nu wel gezien dat ook slechte bodemstructuren vocht goed kan vasthouden. Maar als het een keer heel nat wordt, want dan komt de bodem niet meer van het vocht af. Ook dat probleem willen we komend jaar proberen te tackelen door plaatsspecifiek te gaan beregenen.”
Maatregelenpakket
“Ook gaan we plaatsspecifiek drijfmest uitrijden. Hierdoor zijn de voedingsstoffen gedurende het seizoen beter beschikbaar, ook op de slechtere plekken op het perceel. Voor de lange termijn gaan we op zoek naar manieren om variabel compost te strooien om het vochtgehalte overal op peil te houden. Tot slot richten we ons nog op het verder tegengaan van bodemverdichting, door met een penetrometer (een meetinstrument dat indringingsweerstand van de bodem meet, red.) grondverdichtingen te meten.”
Knelpunten
Volgens Scholtens zijn er voor veel akkerbouwers nog wel behoorlijk wat knelpunten, waar ook zij mee te maken hebben: “Er zijn heel veel variabelen die de groei beïnvloeden en het is heel moeilijk om eruit te filteren wat het effect van bijvoorbeeld beregenen is. Afgelopen jaar was beregenen hoofdvariabel, maar in andere jaren zullen die effecten door iets anders veroorzaakt worden. Als inzichtelijk gemaakt kan worden waar echt winst valt te behalen, dan zullen de ontwikkelingen snel gaan en kunnen akkerbouwers alle data uit de digitale transformatie echt gaan benutten voor het optimaliseren van de (aardappel)teelt.”