Avondvoorzitter Jaap Vermuë verrichtte op 19 november, de aftrap van de serie LTO pootgoedavonden te Uithuizen. De volle zaal werd geïnformeerd over diverse zaken aangaande de pootgoedteelt, -markt en -bedrijfsvoering.
Het gehoor luisterde vol aandacht naar de inbreng van de heren Berghuis, voorzitter LTO Pootaardappelen, Van Dijk, PotatoPol, Hommes van de NAK en Waterink van de NVWA. Het was een uitgebreid verhaal met veel informatie van belang voor de pootgoedsector. De gestelde vragen getuigden van deskundigheid en geven mede richting aan onze belangenbehartiging.
Kwaliteitsaspecten
Veel aandacht werd gegeven aan de kwaliteitsaspecten. Virusinfecties baren zorgen en volgens de inleiders zou de stijgende virusdruk zich nog wel eens kunnen doorzetten naar volgend jaar. Milde winters leiden tot vroege luizenpopulaties en de achtergrond ziektedruk lijkt toe te nemen. Ook dit jaar waren er weer veel verlagingen en is het gebruikspootgoed mogelijk wat meer besmet, waardoor de beginsituatie minder gunstig is dan we gewend zijn. Ook doen de milde winters geen goed voor aardappelopslag met alle gevolgen van dien voor de ziektedruk in de aardappelteeltgebieden.
Bovendien vergemakkelijkt droogte het selectiewerk niet. Er bleken als gevolg daarvan weer wat verrassingen in de nacontroles. Toch zijn er ook telers die heel goed uit de nacontroles komen. Het idee leeft nu om een selectie van die telers te vragen mee te werken aan een analyse om gemene delers, die van positieve invloed zijn op het uiteindelijke resultaat van de kwaliteit van het pootgoed, te identificeren. Opgemerkt werd dat de geschiedenis leert dat de aspecten, die om aandacht vragen, met golfbewegingen komen en gaan. Dan is het rot door bacterieziek en nu is het weer virusziek wat om extra aandacht vraagt.
Stresstest pootaardappelen
Ondertussen heeft het ketenproject “opkomstproblematiek” haar derde jaar afgerond. Er zijn interessante ontwikkelingen en besloten is om de komende drie jaar verder te investeren in een pootgoed “stresstest”. Een monster wordt dan 24 uur ondergedompeld in lauw water en vervolgens in een incubatieruimte bewaard om te zien hoeveel rot ontstaat. Uit de resultaten tot nog toe is gebleken dat een voorname oorzaak van missers is dat de poters rotten. De oorzaak kan soms herleid worden tot aan de productie van de pootaardappel, maar ook voor een belangrijk deel door stress in de keten. Het wordt nu zaak om de “stresstest” verder te finetunen voordat die van waarde zal kunnen worden voor gebruik in de praktijk.
Verzekeringen
Avondvoorzitter Vermuë constateerde dat er zoveel speelt bij de pootgoedproductie dat je haast bang wordt om al die risico’s te nemen. Een goed inkomen helpt. Maar ook is het goed dat bedreigingen voor de continuïteit van het bedrijf zoals een bruinrot- of ringrotbesmetting bij een onderlinge verzekeringsmaatschappij kunnen worden verzekerd. Schades van zo’n grootte dat de voortzetting van het bedrijf in het geding is, kunnen worden verzekerd. In dit verband werd gerefereerd aan M. chitwoodi/fallax-besmettingen, die normaliter één partij betreffen en niet het gehele bedrijf. Het is dan de vraag of dat verzekerd moet worden.
Het gaat namelijk om een onderlinge en ieder onderdeel zal altijd zijn “eigen broek moeten ophouden”. Geconstateerd werd bovendien dat je in geval van een verzekering wel altijd de assurantiebelasting (21%) moet afdragen. Gevraagd werd of die belasting niet afgeschaft kan worden. Argumenten lijken moeilijk te vinden, maar de overheid moet ondernemers, die risico’s op een verantwoorde manier willen managen, toch willen stimuleren. Extra belasting op een instrument daarvoor, doet het tegenovergestelde. En ook dat vraagt om aandacht.
Bron: LTO Noord – Jeroen Kloos