Muizen kunnen veel schade veroorzaken in suikerbieten. In dit bericht van IRS vindt u meer informatie om schade door muizen te voorkomen.
Muizenschade is te herkennen aan kleine kuiltjes in de grond met daarin of daarbij opengebroken zaden. Muizen zoeken namelijk de zaden op, breken ze open en eten vervolgens het embryo eruit, waardoor de planten niet meer kunnen kiemen. Vaak volgen ze de rij en is dit meters achter elkaar zichtbaar. Zodra een zaadje gekiemd is, stoppen de muizen met vreten.
Alternatief voer aanbieden
Een maatregel om schade te beperken is het aanbieden van alternatief voer. Door de muizen dit circa een week voor het zaaien al aan te bieden, leren ze de voerplaatsen te vinden en zullen ze niet actief op zoek gaan naar het bietenzaad. Wacht dus niet tot na het zaaien of totdat u vreterij ziet.
Mochten de bieten al wel gezaaid zijn, start dan zo snel mogelijk met het aanbieden van alternatief voer. Leg het alternatieve voer onder een dakpan of halve pvc-pijp, zodat vogels er niet bij kunnen, en vul de voerplaatsen na het zaaien regelmatig bij. Eventueel kunt u het alternatief voer breedwerpig over het perceel strooien. Ga door met het aanbieden van alternatief voer totdat de bieten gekiemd zijn. Leg op grote percelen ook voerplaatsen midden in het perceel aan.
Alternatief voer kan bestaan uit gerst, tarwe, zonnebloempitten of vogelvoer (strooivoer). Als u het zaad (met een scheut water erbij) even verhit in de magnetron of oven, zal het overgebleven voer wat de muizen laten liggen niet kiemen. Maak nooit gebruik van zaaizaad, aangezien dit fungiciden en/of insecticiden kan bevatten en daardoor niet als voer mag worden gebruikt.
Zaad bedekken
Schade door muizen komt vooral voor op percelen die vroeg gezaaid worden en waar ondiep (< 1 cm) gezaaid is, of op percelen met een (te) grof zaaibed. Mochten de bieten nog niet gezaaid zijn, dan kunt u hiermee rekening houden met de zaaibedbereiding en het zaaien. Het advies is om suikerbietenzaad met voldoende grond (2 tot 3 centimeter) te bedekken, zodat het niet droog ligt en bovendien moeilijker te vinden is voor muizen. Let hierbij wel op: bij dieper zaaien duurt de opkomst langer en zijn planten wel gevoeliger voor aantasting door bodeminsecten.
Als een muis één zaadje weet te vinden, dan herkent hij de geur van de zaden in de grond en zal de muis op zoek gaan naar andere zaden. Toevoegen van stoffen of middelen aan of op het zaad heeft daarom geen enkele zin. Zodra zaad kiemt, is het niet meer aantrekkelijk voor muizen. Zaai dus in vochtige grond bij voldoende hoge temperatuur, zodat zaden snel kiemen.
Meer informatie
In de IRS-teelthandleiding en deze infokaart kunt u meer lezen over muizenschade. In deze video van IRS vindt u meer informatie over het plaatsen van alternatief voer.
Bron en beeld: IRS