Regeninstallaties worden als warme broodjes verkocht. Na 2 droge zomers hebben we gezien wat het tekort aan water voor effect heeft op de opbrengst. Dit jaar zijn we ook weer begonnen met een droog voorjaar. Waar moet je als ondernemer aan denken bij beregenen?
Wanneer is het zinvol en wat zijn andere opties? In dit artikel gaan we in op de aanschaf van een beregeningsinstallatie.
Diverse systemen en installaties
Door het groter worden van bedrijven en een krapte op de arbeidsmarkt, wordt er voor het beregenen steeds meer gebruikgemaakt van automatisering en capaciteitsvergroting. Er zijn diverse beregeningssystemen beschikbaar. Denk aan een spuitkanon, losse sproeiers of een sproeiboom. Op grotere bedrijven met grote kavels worden ook wel centerpiffits ingezet. En een ontwikkeling die vanuit onderzoekprojecten meer voet aan de grond krijgt, is druppelirrigatie via een systeem van slangen in de grond.
De investeringen voor deze verschillende systemen lopen erg uiteen. Om de juiste keuze te kunnen maken, is het belangrijk om een systeem te kiezen dat past binnen de bedrijfsvoering, de verschillende gewassen en bij de mensen die er mee moeten werken.
Wanneer heb je een vergunning nodig?
Hoe zit het vergunningtechnisch? Wil je beregenen en er is geen bron aanwezig? Dan kan het zijn dat je voor het slaan van een put een vergunning moet aanvragen of een melding moet doen bij het waterschap. Het is immers verboden om zonder watervergunning grondwater te onttrekken.
In een enkel geval kan het zo zijn dat je voor het plaatsen van een beregeningsinstallatie ook een vergunning nodig hebt. Hierbij gaat het om een omgevingsvergunning die je bij de gemeente moet aanvragen. In februari 2020 is daar nog een uitspraak over geweest door rechtbank Gelderland.
Een omgevingsvergunning heb je nodig voor het bouwen van een bouwwerk. Onder bouwwerk wordt verstaan ‘elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die op de plaats van bestemming hetzij direct of indirect met de grond verbonden is, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond, bedoeld om ter plaatse te functioneren.’ Als de beregeningsinstallatie onder deze kwalificatie valt (er is bijvoorbeeld sprake van permanente plaatsing van de waterleidingen in de grond) dan heb je dus een vergunning nodig.
Zitten de waterleidingen niet in de grond, maar wordt het water aangevoerd via een waterslang? Dan is een omgevingsvergunning niet nodig. Ga dus na of je beregeningsinstallatie als bouwwerk kan worden aangemerkt, en zo ja, onderneem dan actie.
Subsidie aanvragen
Voor een aantal beregeningsinstallaties of -systemen kun je Milieu-investeringsaftrek (MIA) of Energie-investeringsaftrek (EIA) aanvragen. Aan het eind van het jaar zou dit fiscaal voordeel op kunnen leveren.
Druppelirrigatie
Voor toepassing in de vollegrondteelt kun je Milieu-investeringsaftrek aanvragen als je investeert in een druppelirrigatiesysteem waarmee het water en de meststoffen gereguleerd worden toegediend.
Dit systeem wordt nog niet veel gebruikt in de akkerbouw, maar het kan in bepaalde teelten wel erg interessant zijn omdat het water en de meststoffen direct op de juiste plek terechtkomen. Dat deze systemen werken, is in de Nederlandse planten-, bomen- en fruitteelt namelijk al bewezen. En ook in de vollegrondsgroenteteelt in drogere landen is druppelirrigatie een bewezen techniek.
Drainage
Drainage is bedoeld om overtollig water af te voeren, maar je kunt drainage ook toepassen om de grondwaterstand op peil te houden. Ga je slim om met omgekeerde drainage, onderwaterdrainage of peilgestuurde drainage? Dan kun je een goede basisgrondwaterstand creëren. En wordt de grond toch erg droog, dan kun je met regelbare stuwen en een pomp voor voldoende water in de watergangen zorgen.
Waterberging
Ook wordt het steeds belangrijk om water op te slaan in de grond. Dit geldt vooral voor gronden waar minder zoet water beschikbaar is in droge periodes. In Zeeland passen ze bijvoorbeeld waterberging toe. Het regenwater wordt opgevangen, gefilterd en gezuiverd en vervolgens opgeslagen in ondergrondse bodemlagen. Zo is het toch mogelijk om te beregenen met zoet water.
Waterberging kan ook op hogere zandgronden worden toegepast, zoals in Gelderland of Overijssel. En ook voor een waterberging onder een tuinbouwkas zijn subsidies beschikbaar.
Elektrisch aangedreven waterpomp
Het kan ook lonen om je motorpomp of aftakaspomp te vervangen voor een elektrisch aangedreven waterpomp. Dit bespaart zoveel energie, dat je in aanmerking kunt komen voor de EIA. Je moet dan wel aantonen dat de waterpompinstallatie een aanzienlijk aantal bedrijfsuren per jaar wordt gebruikt. Een subsidie-aanvraag hiervoor is dan ook altijd maatwerk.
Bron: Countus