Opkomstproblemen bij consumptieaardappelen worden enerzijds veroorzaakt door de vitaliteit van de partij pootgoed, anderzijds door alle handelingen die het pootgoed heeft ondergaan. Deze keteninvloeden ontstaan al bij de pootgoedteler en lopen via de transporteur door naar de consumptieteler. Dat zijn de belangrijke conclusies uit het zesjarige ketenonderzoek ‘Verbetering pootgoedkwaliteit’ dat afgelopen najaar is afgerond.
Om de kans op opkomstproblemen te beperken, is binnen het onderzoek een stresstest ontwikkeld. Daarnaast zijn aandachtspunten geformuleerd voor alle ketenpartijen die kwaliteitsbehoud van pootgoed bevorderen.
‘Verbetering pootgoedkwaliteit’
Het onderzoek ‘Verbetering pootgoedkwaliteit’ is in 2016 gestart. Het gezamenlijke aardappelbedrijfsleven stak destijds de koppen bij elkaar om de oorzaken van een slechte opkomst in de consumptieteelt te achterhalen. In opdracht van het aardappelbedrijfsleven startte de NAK het onderzoek. Het onderzoek is gefinancierd door leden van VAVI en NAO én door BO Akkerbouw.
Stresstest voor partijen pootgoed
Onderzoeker Johannes Ransijn van de NAK stelde vast dat de opkomstproblemen tweeledig waren. Een partij pootgoed met een matige vitaliteit zal onder niet-optimale omstandigheden eerder in de problemen komen dan een vitale partij. Hij ontwikkelde een stresstest die met een hoge mate van zekerheid kan voorspellen of een partij pootaardappelen vitaal genoeg is. Handelshuizen gebruiken deze stresstest om kwetsbare partijen vroegtijdig op te sporen.
Keteninvloeden bepalen kwaliteitsverlies
Daarnaast stelde Ransijn vast dat een slechte opkomst ook te maken heeft met de manier waarop het pootgoed in de keten behandeld is. Valhoogtes, bewaartemperatuur en vocht spelen daarin een grote rol omdat ze de kwaliteit van pootgoed in hoge mate negatief kunnen beïnvloeden. En dat begint al op het bedrijf van de pootgoedteler. Meer aandacht voor de partij én het optimaliseren van het bewaarregime, leidt tot minder kwaliteitsverlies.
In het logistieke traject tussen levering door de pootgoedteler en de ontvangst door de consumptieteler heeft het transportbedrijf een grote verantwoordelijkheid. Goed plannen, afspraken nakomen én valhoogtes in de oplegger beperken zijn hier belangrijke aandachtspunten. Voor de consumptieteler geldt dat hij de partij bij ontvangst goed moet controleren op rot en bij twijfel niet moet lossen.
Pootgoed bewaren in big bags of op kipwagens beïnvloedt de kwaliteit negatief. Het advies is om pootgoed vanaf het moment van ontvangst tot het poten, in kuubskisten of op een beluchte vloer te bewaren. En tijdens deze periode zijn ook op het bedrijf van de consumptieteler temperatuur, vocht en valhoogtes aandachtspunten.
Checklist met aandachtpunten
Om alle aandachtspunten onder de aandacht van alle betrokken partijen te brengen, is een checklist samengesteld. De buitendienstmedewerkers van de handelshuizen en de aardappelverwerkende bedrijven bespreken deze komend voorjaar met de telers. Daarbij wordt vooral ingezet op bewustwording dat iedereen in de keten een bijdrage moet leveren om de faalkosten van een tegenvallende opkomst, te beperken.
Bron: VAVI