De bietencampagne is inmiddels over de helft en het warme najaarsweer wordt ingewisseld voor kouder en wellicht natter weer. Zolang komende tijd grote neerslaghoeveelheden uit blijven, zal de grond nog vrij droog blijven en de omstandigheden om bieten te rooien relatief goed.
Redenen om nu nog te wachten met rooien van de resterende bieten worden daardoor steeds bedenkelijker.
Minimaal beschadigde biet is basis bij lange bewaring
Bij bieten die voor langere tijd in de hoop bewaard worden, is het nog belangrijker dat bietbeschadigingen tijdens de oogst beperkt zijn. Van gezonde, minimaal beschadigde bieten is het verlies aan suiker in de bewaring beperkt, zeker bij lagere omgevingstemperaturen. Bij het rooien is het belangrijk alert te zijn op het voorkomen van beschadigingen aan de volgende gedeeltes van de biet:
- beschadiging van kop: vaak veroorzaakt door scalpeurs die te diep koppen. Vaatbundels van de biet mogen beslist niet zichtbaar zijn. Ontbladeraars met poetseras zijn hierbij in het voordeel, aangezien hiermee de kop van de biet beter intact blijft;
- beschadiging van wang: kan ontstaan door te ondiep rooien, waardoor rooischaren of -wielen de wang van de biet beschadigen, of door onjuiste uitlijning van de rooielementen op de zaairijen;
- puntbreuk: ontstaat in deze periode van het jaar meestal in het reinigingstraject. Reinig niet intensiever dan nodig en zorg ervoor dat de bieten in een vloeiende beweging het traject kunnen afleggen. Verhelp obstakels, zoals verbogen varkensstaarten en aanhangende grond of loofresten, tijdig.
Valhoogtes
Verder ontstaan beschadigingen vaak door te grote valhoogtes in zowel de bunker als tijdens het overladen in de kiepwagen of overlaadwagen. Aanbevelingen zijn om de bunker niet volledig leeg te draaien, de losband van de rooier altijd zover mogelijk te laten zakken en deze niet sneller te laten draaien dan nodig. Rij met de kieper altijd rustig tegen de hoop aan en zorg dat losliggende bieten telkens tegen de hoop aangeschoven zijn, zodat onnodig pletten van bieten is voorkomen.
Bron: IRS