In diverse regio’s is plantwegval gemeld als gevolg van aantasting door aphanomyces. Door de kenmerkende symptomen, het insnoeren van de wortels, worden deze planten ‘afdraaiers’ genoemd.
Aantasting door aphanomyces
Het fungicide hymexazool, dat standaard in de pil van het bietenzaad zit, beschermt de kiemplant de eerste weken na het zaaien tegen aphanomyces. Echter, na 4 tot 6 weken is deze fungicide uitgewerkt. Dan kunnen bij hoge druk, een lagere pH (bij aphanomyces geldt daarvoor <6) en voldoende bodemvocht, planten alsnog aangetast worden en wegvallen. Het afdraaien is veroorzaakt doordat de plant vlak onder het grondoppervlak is aangetast en de wortel hierdoor insnoert. Uiteindelijk is de insnoering zo sterk dat de wortel afbreekt of geheel doorgerot is. Na de gewassluiting kan de aantasting overgaan in wortelrot. Aphanomyces komt het meeste voor op zand-, dal en lichte zavelgronden.
Maatregelen voor (toekomstige) beheersing
Om de schade op dit moment te beperken moeten de natte perceelsdelen zo mogelijk opdrogen; door het aflaten van overtollig vocht. Schoffelen om lucht in de grond te brengen of deze op te laten drogen is afgeraden omdat dit vaak meer kwaad doet dan goed. Om problemen in de toekomst te voorkomen is het belangrijk om de teeltfrequentie van de suikerbieten zo ruim mogelijk (1 op 4 of ruimer) te houden. En te zorgen voor een optimale pH en een goede bodemstructuur. De hoeveelheid neerslag hebben we helaas niet in de hand. Een goede bodemstructuur zorgt voor een betere waterhuishouding, wat helpt om de aantasting door aphanomyces te beperken.
Bron: IRS