Tijdens de afgelopen Uiendag op Colijnsplaat (Zeeland) kwamen iets meer dan vijfhonderd uientelers bij elkaar. Om te discussiëren over de actuele uitdagingen in de uienteelt. Dit gebeurde uiteraard coronaproof en onder begeleiding van de teeltadviseurs van Delphy en medewerkers van Proefboerderij Rusthoeve. De conclusie? “Het was goed om elkaar weer eens live te zien, maar er moet veel gebeuren om de uienteelt in de toekomst rendabel te houden”. Zo vat Luc Remijn, senior Akkerbouw adviseur bij Delphy en accountmanager UIKC, de dag samen.
Uiendag in ‘afgeslankte vorm’
De opkomst tijdens deze Uiendag in ‘afgeslankte vorm’ was onverwacht groot. Vooral omdat de oogst van de uien, maar ook het pootgoed in volle gang is. Luc Remijn was dan ook positief verrast en merkte dat er onder de telers veel behoefte is om met collega’s te praten over de uitdagingen in de hedendaagse uienteelt. “De hoge tripsdruk houdt veel akkerbouwers bezig. Er moet steeds meer gespoten worden, met steeds duurdere middelen. De resultaten met alternatieven voor het bestrijden van trips met natuurlijke vijanden vallen, tot nu toe, erg tegen.”
Extra onderzoek
Remijn benadrukt dat Delphy wel voorstander is van extra onderzoek naar zaken als stroken en randen met natuurlijke vijanden. Maar dat er op dit moment te weinig uitkomt om de telers te helpen de trips te bestrijden. “Het werkt wel; maar zet niet genoeg zoden aan de dijk om in tijden van hoge druk daadwerkelijk een verschil te maken.”
Waterbeschikbaarheid
Een tweede belangrijk discussiepunt tijdens de Uiendag was de beschikbaarheid van water. “Rooivruchten als ui kunnen alleen rendabel zijn als er voldoende geschikt water aanwezig is om de teelt te ondersteunen. Als je overgeleverd bent aan de neerslaghoeveelheden, dan is de teelt te onzeker. Ook dit jaar zagen we weer een moeilijke opkomst, daarna een periode met veel regen en vervolgens een lange periode van droogte. Beschikbaarheid van water is dan ook van groot belang om uien te kunnen blijven telen.”
Onkruidbestrijding
Ook onkruidbestrijding was een gesprekpunt. “Er vallen drie belangrijke middelen, namelijk chloor, Pyramin en bromoxynil weg in de uien. Dit zorgt voor een enorme uitdaging om de teelt onkruidvrij te krijgen, zeker in het zeer gevoelige vlagbladstadium. Het zal de komende tijd nog belangrijker worden om te zorgen voor een gelijkmatige opkomst.”
“Dat is natuurlijk altijd al zo geweest, maar met het verdwijnen van al die middelen is een uniforme opkomst nog crucialer. Wij denken dat meer aandacht aan de zaaibedbereiding ervoor kan zorgen dat het minder moeilijk wordt om de onkruidbestrijding in de uien goed uit te voeren.”
Teeltsystemen
UIKC heeft in haar eigen veldproeven gezien dat de trips en onkruiddruk voor de uienteelt voor grote problemen kan zorgen en dat een goede waterhuishouding onontbeerlijk is. Om de telers richting de toekomst te helpen deze zaken goed te organiseren gaat de onderzoeksorganisatie komend jaar ook enkele nieuwe teeltsystemen uitproberen, waarin weerbaarheid en het gebruik van plantversterkers centraal staan. Remijn: “Daar willen we nu nog niet veel over zeggen, maar we gaan volgend seizoen enkele teeltsystemen voor de uien uitproberen om te onderzoeken of dat toekomst heeft. Daarbij nemen we ook de gezondheid van de bodem mee.”
“Daarnaast gaan we de proeven op het gebied van irrigatie en fertigatie uitbreiden om de uientelers ook op dat gebied te informeren over de mogelijkheden. De resultaten van deze proeven zullen bepalend zijn voor de toekomst van de uienteelt in Nederland, want we staan echt voor grote uitdagingen in deze mooie, maar kwetsbare teelt.”
Tekst en foto’s: Richard Bender