Slakken kunnen toeslaan zodra de eerste bieten zijn bovengekomen. Slakken komen voornamelijk voor bij vochtige omstandigheden en langs akkerranden.
Vorming van schade
Slakken zijn voornamelijk veroorzakers van schade in het kiemblad- en tweebladstadium van suikerbieten. In latere stadia van de planten kan er nog wel vreterij aan de planten zichtbaar zijn maar dit zal niet meer leiden tot plantwegval. Op klei- en lösspercelen met groenbemesters, koolzaad, spruiten, graszaad, karwij of luzerne als voorvrucht of op percelen met een niet-kerende grondbewerking dient men extra alert te zijn. Dit geldt ook voor de percelen met een grof zaaibed. Slijmsporen in de percelen zijn een aanwijzing voor de aanwezigheid van slakken. Het kan voorkomen dat de slakjes zo klein zijn (0,5 cm groot) dat deze en de slijmsporen vrijwel niet te vinden zijn. Om zekerheid te verkrijgen dat mogelijke vraat door slakken wordt veroorzaakt, kan men stukken zwart landbouwplastic van 50 x 50 cm op de percelen neerleggen. Na een vochtige nacht zullen in de vroege ochtend de slakken aan de onderkant van het plastic zichtbaar zijn.
Bestrijding
Mocht u slakken(schade) zien in uw bietenperceel dan kunt u de schade beperken door slakkenkorrels te gebruiken (7 kg/ha Derrex, Iroxx of Sluxx HP). Doe dit bij voorkeur in de avonduren. Vaak komen slakken vanuit de perceelsranden en komt slakkenschade ook alleen maar daar voor. In dat geval is toepassen van slakkenkorrels aan de randen voldoende.
Meer informatie over slakken kunt u ook lezen in de Teelthandleiding of Infokaart Slakken.
Bron: IRS, alls over bieten