In Groningen zijn in de laatste week van april in opvangbakken de eerste bietenvliegen gevangen. Vorige week (week 19) zijn de eerste eitjes van deze vliegen gevonden op het proefveld in Munnekezijl.
Eipakketjes van de bietenvlieg
Bietenvliegen zetten hun eipakketjes af tegen de onderkant van de kiemlobben en onder de eerste 'echte' blaadjes van de bietenplant. Binnen enkele weken ontwikkelen de eitjes zich. De ontwikkeling van de eitjes is echter wel afhankelijk van de temperatuur. Deze speelt hierbij een grote rol.
Indien men wil gaan controleren op de aanwezigheid van eipakketjes van de bietenvlieg kan men op de volgende manier te werk gaan. Draai tijdens de controle de kiemlobben om, waardoor de eipakketjes zichtbaar worden. Doorgaans worden in de eerste maand van mei de meeste eitjes door bietenvliegen gelegd.
Toepassing insecticide
Drie weken na het vangen van de eerste bietenvliegen kunnen de eerste mineergangen worden verwacht. Een mineergang is een aantasting in de kiemlob door vreterij van de larve. Dit zal rond half mei zijn. Deze periode is het meest optimale bestrijdingsmoment voor de toepassing met een insecticidetoepassing met Decis (of andere middelen met deltamethrin; 0,3 l/ha). Echter is het wel van belang om hier de nodige aandacht aan te geven. Bij te vroeg of te laat spuiten heeft de insecticide geen effect.
Er dient alleen een bespuiting uitgevoerd te worden als er standaard pillenzaad wordt gebruikt bij het zaaien en bij overschrijding van de schadedrempel. Pillenzaad is zaad dat niet is behandeld met insecticide.
Schadedrempel
Bij de schadedrempel wordt er gekeken naar het aantal echte bladeren van de suikerbietplant en de hoeveelheid eieren die er per plant aanwezig zijn. Bij 2 tot 4 echte bladeren mogen er 4 of meer eieren per plant aangetroffen worden. BIj 4 tot 6 echte bladeren mogen dit 8 of meer eieren zijn en bij >6 echte bladeren mogen dit 20 of meer eieren zijn.
Indien de schadedrempel wordt overschreden mag men een bespuitging gaan uitvoeren als de eerste mineergangen zichtbaar zijn. Indien deze mineergangen niet zichtbaar zijn, moet men wachten totdat de eerste vraatschade zichtbaar wordt aan de planten. Echter, in geval van aantreffen van zichtbare of onzichtbare mineergangen, waarbij de schadedrempel niet wordt overschreden, mag er niet gespoten worden.
Bron: IRS