De omstandigheden in dit voorjaar zijn nog altijd niet van dien aard dat akkerbouwers op het gemak aardappelen kunnen poten. Op de laatste vergadering van Agrico bleek dat bij veel akkerbouwers in Noord-Nederland de grond nog ‘leeg’ is. In Flevoland komt het langzaam op gang, terwijl in het zuidwesten van ons land de pootgoedtelers over het algemeen nog redelijk op schema liggen.
“Niet vroeg, maar ook niet extreem laat”
Kees van Gommeren heeft een akkerbouwbedrijf in Zuidwest-Nederland. Zijn totale areaal aan pootgoed bedraagt in het bouwplan van dit seizoen 130 hectare. Momenteel heeft hij ongeveer de helft van zijn pootgoed in de grond zitten, maar van zenuwen is bij de nuchtere Brabander geen sprake: “Ik slaap er geen minuut minder om. De weersverwachting voor de komende week waren eerst extreem slecht. Inmiddels zijn de voorspellingen voor de laatste week van april al bijgesteld. Werd er eerst 40 millimeter regen voorspeld, nu praat men over 20 millimeter. Dat is nog steeds veel en vervelend. Als het daarna droger wordt, dan zijn we alsnog begin mei helemaal klaar. Dat is niet vroeg, maar ook niet extreem laat.”
Vergelijking met 1983 gaat niet op
Extreem laat was het wel in 1983. Toen kon er vanwege een zeer nat en koud voorjaar pas in juni worden gepoot. Een doemscenario waarover nu al gesproken wordt, maar volgens Van Gommeren is 2016 daarmee absoluut niet mee te vergelijken: “We zijn nu al een stuk verder dan toen, dus dergelijke taferelen verwacht ik dit jaar zeker niet. Overigens in ’83 waren de prijzen wel erg goed, dus later poten betekent niet dat prijsvorming ongunstig uitpakt.”
Pootaardappelacademie: “Afgelopen week flinke stappen gezet”
Bij de pootaardappelacademie herkennen ze de paniekgeluiden vanuit de sector wel. Landelijk projectleider van de academie Harrie Vreman: “Op niet al te zware gronden verloopt het poten goed. Er wordt wel overal met ‘schrik en beven’ naar de weersverwachting gekeken, maar afgelopen week zijn er op veel plekken flinke stappen gezet. Een beetje zorgen hebben we wel voor het noorden van het land, want daar is wel meer neerslag gevallen dan in de rest van het land.”
Of de huidige situatie op de akkers consequenties heeft voor de opbrengst van pootgoedtelers is volgens Vreman nu nog niet te zeggen: “Als het de rest van het jaar nat blijft, dan zal de vertraging die het poten in dit voorjaar oploopt weleens negatieve consequenties kunnen hebben op de oogst. Wordt het een warme zomer, dan is het wellicht zelfs andersom. Op dit moment is dat nog echt koffiedikkijken en zullen we achteraf pas kunnen zeggen hoe de huidige situatie uitpakt op het einde van het groeiseizoen.”
Combinatie van neerslag en temperatuur
Van Gommeren kijkt in elk geval niet alleen naar de neerslagmeter: “De lage temperaturen van dit moment zijn net zo ongunstig als de neerslaghoeveelheid. Eigenlijk zit alles momenteel een beetje tegen.” Toch maakt Van Gommeren zich (nog) niet druk: “Ik heb het pootgoed er ook graag inzitten natuurlijk, maar dit zijn dingen waar je toch geen invloed op hebt. Je kan je wel druk maken, maar je verandert het weer daar niet mee. Ik snap heel goed dat sommige akkerbouwers nu wel zenuwachtig zijn, maar ik maak mij liever druk om de zaken waar ik wel invloed op heb. Dat ligt natuurlijk ook aan de aard van de mens: de een maakt zich heel snel druk, de ander is wat rustiger. Ik zit al veertig jaar in het vak en elk jaar is nog anders verlopen dan het vorige. Zelfs in 1983 kwam het goed, dus als alles een beetje meezit gaat het dit jaar ook wel weer goedkomen”, besluit Van Gommeren hoopvol.